donderdag 12 december 2024

Het boek van hoop - Jane Goodall en Douglas Abrams

Levenslessen voor een mooiere toekomst
Wie de krantenkoppen scant - klimaatcrisis, pandemie, politieke onrust - kan soms moeite hebben optimistisch te blijven. Zelfs de grootste optimisten hebben hoop nodig, nu meer dan ooit.
In dit zeer urgente boek leert Jane Goodall, 's werelds bekendste antropoloog, ons hoopvol te leven en vertrouwen te hebben in de toekomst. Ze geeft ons vier redenen om hoop te houden: onze menselijke intelligentie, de veerkracht van de natuur, de kracht van jonge mensen en de ontembare menselijke geest.
Aan de hand van verhalen over haar bijzondere leven en carrière - van het overleven van de Tweede Wereldoorlog tot het naar buiten treden als natuuractivist - geeft Jane Goodall antwoord op de belangrijke vraag: hoe blijven we hoopvol? Haar boodschap: er is altijd hoop. En dit boek geeft het.

Douglas Abrams is auteur, redacteur en literair agent. Hij schreef 2 fictie boeken in 2007 en 2009 en verder verschillende non-fictie boeken. Hiervoor ging hij in dialoog met verschillende bekende en inspirerende geleerden, wetenschappers en geestelijke leiders. Zo werkte hij eerder samen met de Dalai Lama, Desmond Tutu, Nelson Mandela en Stephen Hawking en nu dus Jane Goodall.
Jane Goodall (Londen, 1934) is voornamelijk bekend door haar studie naar het sociale en familiaire leven van chimpansees. Dit onderzoek voerde ze vanaf 1960 in Gombe National Park in Tanzania en is de langstlopende studie naar wilde chimpansees ter wereld. Ze kwam regelmatig in het nieuws en enkele foto's werden beroemd. In 1977 richtte ze het Jane Goodall Institute op dat nog steeds actief is in meer dan dertig landen. Het zet zich in voor de duurzame bescherming van chimpansees en hun leefgebieden en daarvoor wordt er samengewerkt met de lokale gemeenschappen. Dit legt ze trouwens uit in dit boek, prachtig wat ze daardoor heeft kunnen verwezenlijken en de manier waarop is werkelijk een voorbeeld, de wereld kan absoluut veel van haar leren. Tegenwoordig is ze vredesambassadeur voor de VN en reist ze de wereld rond om haar hoopvolle boodschap te verspreiden. De lijst van de onderscheidingen, prijzen en eredoctoraten die ze kreeg van 1980 tot nu, is bijna eindeloos.
Douglas Abrams interviewde Jane Goodall en aan de hand van deze gesprekken kwam Het boek van hoop tot stand. Een interessante formule, daardoor is het boek gestructureerd opgebouwd maar was er ook ruimte voor uitweidingen en zelfs verhalen van hun beiden. Abrams kon op die manier dingen ook kaderen, zo kwam er bijvoorbeeld de corona pandemie tussen maar ook inhoudelijk kon hij dingen plaatsen en in een bepaalde richting sturen, Abrams had duidelijk een visie voor het boek. Hij was niet aan zijn proefstuk toe, zo verscheen al eerder Het boek van vreugde met de Dalai Lama en Desmond Tutu.
Inhoudelijk is het boek zeker inspirerend, Jane Goodall is een vrouw die nadenkt over de maatschappij maar ook over het leven, er zitten spirituele gedachten in en dit verheft het boek naar een hoger niveau. Het is geen vrijblijvende vertelling over het onderzoek en haar leven, want daar komen we ook een en ander over te weten, maar er zitten, zoals de kaft ook titelt, mooie levenslessen in voor de toekomst. Ze spreekt zich ook geregeld uit over de impact die de mens heeft op de natuur en het klimaat wat in deze tijden nogal eens een negatieve impact is, van actualiteit gesproken. Ze legt her en der ook wat linken bloot, hoe één event kan leiden tot een ander, hiermee toont ze aan dat alles samenhangt, mens, natuur en dier.
Het is zeker een boek van hoop geworden, Goodall maakt echter duidelijk dat het nú wel het moment is om in actie te schieten. Hoop en actie zijn voor Goodall trouwens begrippen die samen horen, hoop vergt actie en omgekeerd creëert actie ook hoop.
Het boek van hoop leest heel erg vlot en bevat heel wat beeldmateriaal, een groot pluspunt. Tijdens het lezen kan je ook niet anders dan geïnspireerd raken door deze vrouw, een mooie vrouw in alle opzichten. De link met het klimaat viel zeker te appreciëren, het kon in feite ook niet anders, onze toekomst hangt er vanaf. Een prachtig boek over een prachtige vrouw.
"Together we can! Together we will!" (Jane Goodall)

Uitgeverij: HarperCollins (2021) - 270 blz.
Oorspronkelijke titel: The Book of Hope
Vertaling: Anne Jongeling en Angelique Billet

woensdag 11 december 2024

De schaduwman - Helen Fields

Je ziet hem niet...
toch is hij er
Eslpeth zit opgesloten op de bovenste verdieping van een huis, waarvan de ramen zijn dichtgemetseld. Ze weet niet waar ze is en ze weet niet waarom ze wordt vastgehouden. Wat ze wél weet is dat een man haar heeft ontvoerd, en hij laat haar niet gaan.
Ze zint op een ontsnapping uit deze nachtmerrie, voordat de schaduw man meer slachtoffers maakt. Maar ze moet voorzichtig zijn, want hij houdt alles in de gaten...
Forensisch psycholoog Connie Woolwine en inspecteur Brodie Baarda worden op de zaak gezet en zij ontdekken dat de ontvoering van Eslpeth slechts het topje van de ijsberg is. Woolwine en Baarda moeten alles op alles zetten om de dader te vinden.

*****

Helen Fields heeft jaren ervaring als advocaat en zelfs met filmproducties, een zeer goede combinatie om weer een spannend boek neer te pennen en wat dat betreft heeft ze ondertussen ook al heel wat ervaring. Fields is een schrijfster naar mijn hart, voorlopig heb ik alleen nog maar heel erg goede boeken van haar gelezen. In de Callanach en Turner-serie zit ze aan 7 boeken, dan was er een standalone en dit boek is het eerste deel in een nieuwe serie met Connie Woolwine en Brodie Baarda.
Wat een verhaal! Het was even afwachten, nieuwe personages, nieuwe serie, en dit na de succesvolle vorige serie. Maar we hadden niet moeten twijfelen, Fields is er absoluut in geslaagd om er weer een top-boek van te maken, in alle opzichten.
De plot van De schaduwman is verrassend en er zitten heel wat originele elementen in. De auteur is een meester in spannende en filmische plots en dat is hier absoluut ook aan de orde. In het begin komt het verhaal iets trager op gang, het boek heeft wat tijd nodig om dan uiteindelijk op kruissnelheid te komen en serieus te knallen aan het einde, crescendo-stijl dus.
Er zijn enkele bekenden uit de Perfecte-serie die ook in dit boek aantreden zoals Commisaris Overbeck en lijkschouwer Aisla Lambert en dat is zeer aangenaam. En dan introduceert Fields de twee hoofdrollen. Connie Woolwine is een Amerikaanse psychologe en profielschetser en haar hulp wordt ingeroepen om het politieteam bij te staan wat door sommigen nog steeds niet helemaal aanvaard wordt, het schetsen van een profiel is voor sommigen toch wat te veel nattevingerwerk. Ze moet samenwerken met inspecteur Brodie Baarda, hij lijkt in een groot deel van het boek haar hulpje te spelen en hij blijft zo wat op de achtergrond. Maar langzaam maar zeker komt ook hij meer in beeld, neemt een belangrijkere rol op in het verhaal en de twee worden dan toch meer en meer een duo. Het zijn twee fantastische personages die afstevenen op een ijzersterk partnerschap in het onderzoek. Woolwine en Baarda zijn ook figuren die grappig uit de hoek kunnen komen, de auteur is er in geslaagd om me meermaals hardop te laten lachen en als er iets is dat ik apprecieer dan is het dit wel.
De schaduwman is een knap opgebouwd verhaal en de moordenaar waar het in dit boek over gaat, heeft een zeer aparte en zeldzame aandoening waar ik nog nooit van gehoord had, we hebben weer wat bijgeleerd ook dus. Het tweede boek met Woolwine en Baarda is ook reeds verschenen en staat op mijn dringende leeslijst. De schaduwman is een spannend en verrassend boek met intrigerende nieuwe hoofdpersonages en het is nog humoristisch ook, wat wil een mens nog meer?

Uitgeverij: Ambo|Anthos (2023) - 382 blz.
Oorspronkelijke titel: The Shadow Man
Vertaling: Yolande Ligterink

maandag 9 december 2024

Paul van Ostaijen - Matthijs de Ridder

De dichter die de wereld wilde veranderen
Paul van Ostaijens leven was in een flits voorbij. Amper tweeëndertig was hij toen hij in 1928 moederziel alleen stierf in een klein Waals sanatorium. Zijn oeuvre spreekt een eeuw later nog steeds tot de verbeelding. Paul van Ostaijen joeg de Nederlandse literatuur haast in zijn eentje de razendsnelle en uiterst gewelddadige twintigste eeuw binnen. Ieder genre dat hij aanpakte, probeerde hij opnieuw uit te vinden. Ieder boek waaraan hij begon, moest totaal anders zijn dan wat eraan voorafging. Die compromisloze houding maakte zijn leven niet gemakkelijk, maar zorgde er wel voor dat hij uitgroeide tot een van de meest geliefde dichters van de Nederlandse letteren.
In deze eerste volwaardige biografie wekt Matthijs de Ridder ‘zot polleken’ tot leven. De dichter loopt weer rond in Antwerpen, dwaalt weer door de straten van Berlijn van de expressionisten en zwerft door België op zoek naar gezonde lucht voor zijn zieke longen. Voor dit meeslepende verhaal van een leven dat zich keer op keer in het centrum van de geschiedenis afspeelt, bracht De Ridder veel nieuw materiaal bij elkaar. Hij vond bovendien een fragment van een jeugdroman en een onbekende groteske.

***

Matthijs de Ridder (Apeldoorn, 1979) studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de Rijksuniversiteit van Groningen en de Universiteit Antwerpen. In 2009 promoveerde hij in Antwerpen en sindsdien zet hij zich samen met het Paul van Ostaijengenootschap in voor de studie en de promotie van het werk van Paul van Ostaijen. Zijn onderzoek resulteerde in Boem Paukeslag (2021) en deze biografie, Paul van Ostaijen. De dichter die de wereld wilde veranderen (2023). Nederlander Matthijs de Ridder is auteur van meerdere boeken sinds 2007, literair recensent, docent en musicus en hij woont en werkt in Antwerpen.
Dit boek kwam in mijn vizier omdat het vorig jaar genomineerd werd voor de Boon Literatuurprijs 2024 en op de shortlist belandde, de prijs die ging uiteindelijk naar Alkibiades van Ilja Leonard Pfeijffer. En dan luistert een mens al eens naar een podcast waarin de boeken van de shortlist voorgesteld werden en raak je ook nog eens overtuigd om een boek te lezen die uit je eigen comfortzone ligt. En zodoende belandde dit boek op mijn Nog-te-lezen-lijst en uiteindelijk op mijn nachtkastje. Ik was helemaal onder de indruk van het boek, letterlijk, het is een kanjer van een boek dat, ook weer letterlijk, gewicht in de schaal legt, niet echt handig op een nachtkastje weliswaar.
Maar ook figuurlijk maakte dit boek indruk ook al heb ik het maar met drie sterren gequoteerd. Vaak las het boek heel erg vlot, maar dan waren er toch ook wel wat stukken waar ik moest voor werken om het gelezen te krijgen, en dit 850 bladzijden lang, een pluim voor mezelf, ha. Er stonden ook foto's in zwart-wit in die het geheel verlevendigden en achteraan kleurenfoto's van voornamelijk kunstwerken maar ook van enkele boeken van van Ostaijen zelf. Dit maakte het boek absoluut af en compleet. Het verduidelijkte de visie van Paul van Ostaijen op kunst en literatuur en was zeker een pluspunt voor een totale leek, zoals ik dus.
Het boek scoorde voor mij op twee vlakken. Vooreerst leerde je de schrijver Paul van Ostaijen kennen, dat lijkt wel evident aangezien het een biografie is, maar het is zo geschreven dat je ook van Ostaijen als persoon leert kennen. De Ridder is bijna letterlijk in zijn huid gekropen waardoor Paul van Ostaijen helemaal tot leven komt. Knap gedaan.
Maar wat mij vooral interesseerde was dat de auteur doorheen deze schrijver een subliem beeld heeft geschetst van de geschiedenis vanaf het begin van de 20e eeuw tot de dood van de schrijver in 1928. Het grootste deel van het verhaal ging over Antwerpen en wat er daar gebeurde rond de Grote Oorlog maar dat werd doorgetrokken naar de Vlaamse én Belgische geschiedenis. Paul van Ostaijen en zijn entourage waren flaminganten. Mijn ogen zijn toch weer eens opengegaan, heel erg interessant deze Vlaamse, Belgische en Antwerpse geschiedenis.
Toch een derde punt bij nader inzien, ik heb ook heel wat opgestoken over kunst, ik hoorde wat bekende namen maar heb er toch ook anderen leren kennen. Het wil nu lukken dat ik niet lang voor het lezen van dit boek in het Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA) was en mede daardoor toch al wat van de kunstenaars in dit boek had mogen bewonderen. Nu dringt zich echter, ná het lezen van deze biografie, toch een nieuw bezoekje op. Aha!
Deze biografie Paul van Ostaijen is me zeer zeker bevallen ook al was het serieus werken om hem door te komen. Ik ben zeer blij dat ik me door de besprekingen ivm De Boon-prijs heb laten verleiden tot het lezen van dit werk. Een kanjer van een boek, letterlijk en figuurlijk.

Uitgeverij: Pelckmans (2023) - 853 blz. (855-902 Bibliografische aantekeningen, Noten, Register)

donderdag 21 november 2024

De verdediging van Jacob - William Landay

Een vader krijgt de schok van zijn leven als zijn zoon wordt beschuldigd van moord
Andy Barber is al meer dan twintig jaar hulpofficier van justitie. Hij wordt door iedereen gerespecteerd en leidt een gelukkig leven met zijn vrouw Laurie en hun zoon Jacob. Maar hun rimpelloze leventje wordt opgeschud door een steekpartij. Tot Andy's verbijstering wordt zijn veertienjarige zoon verdacht van de moord op een klasgenoot. Andy doet alles om zijn zoon te beschermen. Jacob zegt dat hij onschuldig is en Andy gelooft hem. Andy moet wel. Hij is zijn vader. Maar wanneer er belastende feiten boven water komen, zijn huwelijk uiteen dreigt te vallen en het proces in een stroomversnelling raakt, staat Andy voor den duivels dilemma...

****

William Landay (Boston, Massachusetts, 1963) studeerde rechten en was 7 jaar openbaar aanklager in Middlesex County in Massachusetts. In 2003 kwam zijn eerste thriller uit, in 2007 zijn tweede en deze derde in 2012. Hij kwam met zijn boeken op shortlists te staan en ontving enkele prijzen. Dit jaar 2024 verscheen er een vierde boek van hem.
De verdediging van Jacob is een rustig boek en traag. Geen flitsende actie of gebeurtenissen, zelfs de misdaad en het onderzoek ernaar, komen maar summier aan bod en enkel als het past in het psychologisch opgebouwd verhaal van een familie en het rechtbankdrama dat hun ten deel valt.
Het verhaal is opgebouwd met als rode draad het verhoor van Andy Barber door zijn opvolger voor de onderzoeksjury, Andy was immers plaatsvervangend officier van justitie in het district. En dan begint het eigenlijke verhaal dat zich vanaf een jaar eerder afspeelde en draait rond de moord van Jacobs klasgenoot, een zaak die Andy als hoofdaanklager bij de rechtbank zelf behandelde. Tenminste tot zijn eigen zoon verdacht wordt van de moord. Doorheen deze twee aparte verhaallijnen komen we dan de feitelijke familiale situatie van Andy Barbers familie te weten, zijn mannelijke voorouders blijken een geweldadige erfenis te hebben doorgegeven. Er wordt een en ander uit de doeken gedaan over of er al dan niet inderdaad een 'moordgen' zou bestaan en of deze erfelijk kan zijn.
Er is heel veel psychologische uitdieping in het boek, over ouderschap en een huwelijk in crisis, waardoor het een traag opgebouwd boek is. En toch blijf je gestaag doorlezen omdat er telkens toch weer nét iets nieuws wordt aangehaald. De menselijke kant en hoe elk het hele gebeuren op een andere manier blijkt te ervaren, staat centraal. Absoluut een aparte insteek voor een thriller.
Het is een waar rechtbank verhaal en het steekspel tussen aanklager en verdediger en de getuigen, is om van te smullen. Landay weet het ook regelmatig met humor te doorspekken, dat valt zeer te appreciëren en is meteen ook een dik pluspunt. De slothoofdstukken zijn absoluut origineel te noemen en verrassend, knap bedacht van de auteur en zeker ook wéér een pluspunt. De verdediging van Jacob is verteld in de ik-persoon.
William Landay was een onbekende schrijver voor mij, misschien wel niet zo verwonderlijk aangezien hij over al de jaren tot nu, een dikke 20 dus, slechts aan zijn vierde boek toe is. Dit boek is me echter heel erg goed bevallen en is overtuigend, met een intrigerende plot en interessante personages én met humor gebracht. Een aanrader.

Uitgeverij: The House of Books (2012) - 416 blz.
Oorspronkelijke titel: Defending Jacob
Vertaling: Theo Horsten

donderdag 14 november 2024

De bewaring - Yael van der Wouden

1961. Overijssel na de wederopbouw. De kogelgaten zijn weer gedicht, gebouwen langzaam weer opgebouwd, herinneringen aan de oorlog weggestopt.
Isabel woont alleen in het huis van haar overleden moeder, waar alles rustig voortkabbelt tot de nieuwe vriendin van haar broer plotseling voor de deur staat om bij haar de zomer door te brengen. Eva is in alles het tegenovergestelde van Isabel. Waar Isabel bedeesd en voorzichtig is, stampt Eva door het huis en trekt ze letterlijk alles uit de kasten.
Er beginnen kleine dingen uit het huis te verdwijnen: een lepel, een mes, een kom. Heeft Eva er iets mee te maken? Koortsachtig houdt Isabel de nieuwe vrouw in haar huis in de gaten, totdat ze - op het hoogtepunt van die zinderende zomer - een mysterieuze ontdekking doet.

***

Yael van der Wouden (Tel Aviv, 1987) woonde de eerste tien jaar van haar leven in een buitenwijk van Tel Aviv, het thuisland van haar moeder, waarna ze verhuisden naar Nederland, daar woonden de ouders van haar vader. In Utrecht studeerde ze Engels en haalde ze een bachelor in vergelijkende literatuurwetenschap met specialisatie in cultureel geheugen en landschap. Van der Wouden geeft les in creative writing en comparative literature in onder andere Utrecht, de Rietveld Academie in Rotterdam en de universiteit van Maastricht.
Yael van der Wouden beheerst drie talen, Hebreeuws, Engels en als derde Nederlands. Dit debuut schreef ze in het Engels, de taal waarin ze zich het gemakkelijkst uitdrukt. Ze besteedde echter wel zorg aan de Nederlandse vertaling, ze zorgde dat het boek de juiste vertalers kreeg, een jong iemand en eentje met ervaring en was zéér tevreden met het resultaat. Safekeep stond op de Shortlist van de Booker Prize 2024, een van de meest prestigieuze literaire prijzen ter wereld, een serieuze prestatie voor een Nederlandse schrijver.
Het verhaal speelt in de jaren 60 in een dorpse gemeenschap en dat is op zijn zachtst gezegd géén open maatschappij. Dit weerspiegelt zich in Isabel en lijkt zelfs wel uitvergroot bij haar. Ze heeft een starre en rigide visie en zo leeft ze ook, ze is er als de doods voor dat 'de hulp' wel eens wat zou kunnen stelen. Ze is alleen blijven wonen in het grote huis na de dood van hun moeder en waar ze in 1945 kwamen wonen met de hulp van haar oom. Haar twee broers konden echter niet vlug genoeg wegkomen. Louis is een luchthartige levensgenieter en versiert de ene vrouw na de andere en Hendrik is homoseksueel en woont samen met Sebastian.
Het boek valt uiteen in drie grote delen die elk over een afgebakend stuk in het verhaal gaan. In het eerste deel leren we de personages kennen, hoe ze in het leven staan en hoe de verhoudingen tussen hen liggen. Een veelbelovend deel.
In het tweede deel komt Eva dan tijdelijk bij Isabel wonen, ze zijn echt wel tegenpolen van elkaar. Isabel moet helemaal uit haar comfortzone komen en wordt uitgedaagd door de levenslustige Eva. Dit is een te lang uitgesponnen, traag en minder interessant stuk in het boek. Het ging steeds maar over hetzelfde ondanks het feit dat de situatie langzaam maar zeker escaleerde.
In het derde deel komen er dan historische feiten aan het licht waar ik nog niet veel van wist en te maken hebben met de Joodse achtergrond van de schrijfster. Eenmaal dat je dit door hebt, verloopt ook dit deel traag.
De bewaring is heel erg goed geschreven en heeft enkele sterke thema's. De sfeer en het tijdsbeeld van de jaren 60 heeft de schrijfster goed weten te treffen, je ziet het allemaal zó voor je. Het verhaal sprak mij echter niet aan en kon me niet zo boeien, vooral het tweede en langste deel was te uitgesponnen. De summiere uitdieping van de personages stond ook enkel in functie van het verhaal dat de auteur wilde vertellen en werd dus niet breder opengetrokken. Het had anders wel een betere duiding kunnen betekenen van de personages, en vooral dan dat van Isabel. Het werd helemaal niet duidelijk hoe ze tot zulk een star en rigide persoon is kunnen evolueren. Geen slecht boek, misschien had ik te hoge verwachtingen?

Uitgeverij: Uitgeverij Chaos (2024) - 299 blz.
Oorspronkelijke titel: The Safekeep
Vertaling: Fannah Palmer en Roos van de Wardt

woensdag 13 november 2024

Wantij - Jaap Robben

Een wandeling
De Waddenzee verdrinkt. Veel delen van het wad komen steeds vaker en langer onder water te staan, waardoor het wadlopen misschien binnen tien jaar al onmogelijk zou kunnen zijn. Reden dus voor Jaap Robben om voor het eerst te gaan wadlopen naar Schiermonnikoog.
Hij verwacht een kalme, haast meditatieve tocht, omringd door niets anders dan wat luierende zeehonden en talloze verborgen schatten die de zee heeft achtergelaten. Maar al snel wordt duidelijk dat hij zich heeft vergist: met laconieke gidsen en een tiental mede-wadlopers, waaronder iemand die luid met zijn moeder beeldbelt en een groep vrijgezellenvierders, blijkt de tocht allesbehalve meditatief.
Robben zoekt de rust op achteraan de stoet en verbaast zich daar over hoe weinig er eigenlijk te zien is: geen zeehonden en krioelende beestjes in het zand, alleen maar een enorme, uitgestrekte vlakte zompige modder. En terwijl hij voort baggert naar het noordelijkste puntje van Nederland, probeert Jaap te zien wat onzichtbaar is.

*****

Jaap Robben (1984) is een Nederlandse dichter, toneelschrijver en auteur. Ooit studeerde hij Milieu- en Maatschappijwetenschappen aan de universiteit van Nijmegen maar vervolgens doorliep hij de Koningstheater Akademie in Den Bosch. Sinds 2004 schrijft hij boeken en zelfs dichtbundels voor kinderen en in 2014 kwam dan zijn romandebuut uit voor volwassenen, Birk. Wantij is het vijfde en super dun, het is een wandelboek dat de auteur schreef voor de Terloops-reeks van Uitgeverij Van Oorschot, elk deel uit de reeks vertelt de favoriete wandeling van een schrijver. Robbens boeken verschenen in verschillende talen, werden veelvuldig bekroond en zelfs verfilmd. Ook op de Nederlandse televisie is hij regelmatig te zien.
Wantij is een boekje dat je dus meeneemt op een wandeling op de Wadden. En je komt inderdaad een en ander te weten over wat er daar zoal te zien is en te beleven valt. Maar dat niet alleen. De auteur heeft er herinneringen in verwerkt en gedachten die spontaan bij hem opkomen tijdens de wandeling en waar ook de lezer even over kan mijmeren. De beschrijvingen van zijn medelopers waren ook subliem, én grappig. In enkele woorden of zinnen weet Robben ze trefzeker te beschrijven en vaak op een zéér beeldende manier, daardoor loop je als het ware mee op het wad. Robben haalt tussendoor ook nog wat actuele thema's aan, zoals de klimaatverandering.
Wantij heeft me zéér aangenaam verrast en ik zou het zelfs een 'pareltje' durven noemen, een kleinood om soms even vast te nemen en te overdenken.

Uitgeverij: Van Oorschoot (2024) - 59 blz.

zaterdag 9 november 2024

Walden en De plicht tot burgerlijke ongehoorzaamheid - Henry David Thoreau

 

In 1845 trok Henry David Thoreau de natuur in. Twee jaar lang verbleef hij in een huisje aan de oever van Walden Pond om te lezen, na te denken en te schrijven. Het resultaat was een tekst die een van de grote werken uit de wereldliteratuur zou worden. In Walden koppelt Thoreau wervelende natuurobservaties en filosofische bespiegelingen aan een pleidooi voor een betere samenleving. Meer dan honderdvijftig jaar na de eerste druk inspireert deze unieke tekst lezers wereldwijd nog steeds tot reflectie en bezinning.
Deze editie bevat ook De plicht tot burgerlijke ongehoorzaamheid. Thoreau weigerde belasting te betalen aan een bewind dat slavernij en de oorlog tegen Mexico goedkeurde en werd daarvoor een nacht in de gevangenis gezet. Hij verdedigt het recht en zelfs de plicht van iedere burger om ongehoorzaam te zijn aan een onrechtvaardige regering.

Henry David Thoreau (Concord Massachusetts, 1817-1862) was een Amerikaanse essayist, leraar, filosoof, dichter, historicus en natuuronderzoeker van twee eeuwen geleden. En toch blijft hij actueel, in zijn eigen tijd had het boek iets minder succes maar uiteindelijk raakte dit boek toch nog uitgegeven vóór zijn overlijden. Verder schreef hij vele artikelen, essays, dagboeken en gedichten maar ook ruim twintig boeken. Hij is nu voornamelijk bekend voor zijn tweejaarlijkse verblijf in de hut aan Walden Pond die hij trouwens zelf bouwde op een ecologische en duurzame manier en doordat hij een nacht in de cel doorbracht omdat hij weigerde belastingen te betalen. Walden Pond is nog altijd een attractie, velen bezoeken het meer en de bossen er rond ook al staat de hut er niet meer. Maar hij heeft ook grote mensen geïnspireerd, zijn essay over burgerlijke ongehoorzaamheid was voor Mahatma Gandhi en Martin Luther King een belangrijk document, Thoreau is trouwens een vurig tegenstander van slavernij.
"Geen enkel mens heeft zijn ideeën welluidender en passioneler verwoord dan Henry David Thoreau" (Martin Luther King)
Het boek was al verschillende keren op mijn pad gekomen door het lezen van andere boeken over natuurbeschouwingen en lange wandelingen. En uiteindelijk heb ik me er dan toch maar aan gewaagd en zeker niet tot ontevredenheid. Ik kan wel niet zeggen dat het boek altijd even vlot leest, het is soms verwarrend geschreven met een niet zo meer een actueel taalgebruik, en niet altijd éven interessant.
Maar tóch is het een geweldig boek om te lezen. Het was zeer aanstekelijk en ook als je al aandacht had voor de natuur, wil je door het lezen van dit boek er toch nóg dieper induiken en ga je er anders naar kijken. Meer dan eens heb ik ook opzoekwerk gedaan om er meer over te weten te komen of om me dingen visueel te kunnen voorstellen. Thoreau bestudeert op een gegeven moment een strijd tussen rode en zwarte mieren, fantastisch hoe hij erover schrijft, je kan niet anders dan je laten meeslepen. Thoreau wordt ook wel eens beschouwd als de eerste milieuactivist.
Ook inhoudelijk heeft het boek véél te vertellen om je te laten inspireren. Thoreau houdt doorheen heel het boek een pleidooi voor eenvoud en tevredenheid. Hij fulmineert tegen bezit en hebberigheid. En dan heeft hij het niet alleen over materiele zaken zoals objecten als een huis, kleding of meubels maar ook over voeding. Hijzelf leeft in Walden Pond van een minimum aan voeding dat hij zelf zoekt, vangt of verbouwd. Hij handelt er echter ook mee om enkele andere basisproducten te kunnen kopen. De actualiteit spat van deze pagina's af, hij deed aan vasten en nam slechts 1 of 2 maaltijden per dag en laat dat nu net een super actuele thema's zijn, toch voor diegenen die met gezondheid bezig zijn en dat zijn er tegenwoordig nogal wat.
Thoreau filosofeert ook in het boek, boeiend en er valt al eens over na te denken. Thoreau brengt heel wat inzichten aan en dat hij zelf belezen is, zéér belezen, is duidelijk, hij heeft heel wat te vertellen.
Walden en De plicht tot burgerlijke ongehoorzaamheid is dan wel een boek van bijna 200 jaar geleden maar het kan absoluut nu ook zeer actueel zijn, of beter nog, het ís een actueel boek. Zoals ik al zei leest het soms verwarrend en moeilijk en moet je zinnen al eens herlezen, maar dan zijn er weer passages die enorm vlot lezen. Inhoudelijk is het boek zeer inspirerend. Hij pleit voor de terugkeer naar een eenvoudig leven met veel aandacht voor de natuur, weg van bezit en materialisme. Het is ook een pleidooi voor een meer innerlijk en filosofisch leven met en door de natuur. Zijn visie op 'de staat' kan zelfs nu nog vooruitstrevend genoemd worden. Absoluut een inspirerend boek. Eentje om bij de hand te hebben en zo tussendoor eens wat in te lezen.

Uitgeverij: De Bezige Bij (2005, 2015, 2019) - 398 blz. (399-418 Annotaties)
Oorspronkelijke titel: Walden; or, Life in the Woods (1854) en Civil Disobedience (1849)
Vertaling: Anton Haakman

vrijdag 8 november 2024

Niet verder vertellen - Lisa Gardner

Een bekende uit een ver verleden, een zoektocht naar gerechtigheid
Brigadier D.D. Warren wordt opgeroepen na de moord op een man. Het slachtoffer, Conrad Carter, heeft drie schotwonden in zijn lichaam en zijn computer is twaalf keer beschoten. Als de politie arriveert, heeft zijn zwangere vrouw Evie het pistool in handen. D.D. herkent de vrouw van een vergismoord van jaren geleden, toen Evies vader het slachtoffer was.
Wanneer Flora Dane de moordzaak op televisie voorbij ziet komen, weet ze direct over wie het gaat. Conrad Carter was een kennis van de man die haar ooit gevangenhield. Flora voelt zich schuldig dat ze hem nooit heeft weten op te sporen, en is vastbesloten de waarheid rond Carters dood te onthullen.
Maar de waarheid blijkt ongrijpbaar en verandert bij elke nieuwe ontdekking die Flora en D.D. Warren doen.

****

Lisa Gardner is en blijft één van mijn favoriete schrijfsters, haar boeken zijn moeilijk weg te leggen eenmaal je er in begonnen bent.
In dit boek zijn er enkele verhaallijnen én meerdere hoofdpersonages. Aangezien er twee jonge vrouwelijke personages zijn met een gelijkaardige situatie, allebei hebben ze een moeder en bij beiden is er ook een mannelijk personage dat een belangrijke rol speelt, durft het al eens verwarrend zijn. Niet onoverkomelijk, juist even wat aandachtiger zijn en soms even nadenken.
De misdaad waar D.D. Warren komt voor te staan en aansluitend de gelinkte moord van 16 jaar eerder is geen gemakkelijke kluif voor de brigadier. En als er dan een link naar nóg een andere misdaad blijkt te zijn, wordt het helemaal moeilijk. Het is een kluwen waarbij heel wat verwarrende situaties ontstaan. Raadselachtig ook, niet alleen het onderzoek verloopt verwarrend, ook de personages zorgen voor onduidelijkheid. En dan sluit er zich nog een oude bekende aan in het onderzoek, FBI agente Kimberley Quincy. Flora Dane die we kennen uit Vind haar is nu trouwens ook van de partij, een interessant personage.
Er is dus duidelijk heel wat afwisseling maar het moet gezegd dat er toch ook wat langdradigheid in geslopen is dit keer. Dit door de herhalingen en omdat er veel minder actie in voorkomt in het boek. Maar niettemin blijft er toch een zekere vaart in het boek, er is immers heel wat onduidelijkheid en dingen lijken niet wat ze zijn.
Een thema dat vaak aan bod komt is het dark web, je krijgt hierover heel wat informatie mee. Persoonlijk vond ik dit iets minder interessant, het had er voor mij niet in gemoeten en het bevorderde de vaart in het verhaal niet.
Niet verder vertellen bevat toch wel wat complexe verhaallijnen die elkaar op een ingewikkelde en soms rare manier raken. De plot is uiteindelijk wel origineel en het werd op bepaalde punten spannend. Er zijn veel personages en deze heeft Gardner heel erg goed gebracht en ze zijn best wel interessant, zelfs als ze niet zoveel aanwezig zijn in het verhaal.

Uitgeverij: De Bezige Bij (2020) - 444 blz.
Oorspronkelijke titel: Never Tell
Vertaling: Els Franci-Ekeler

donderdag 7 november 2024

Een klein detail - Adania Shibli

In de zomer van 1949, een jaar na de oorlog die onder de Palestijnen bekendstaat als De Catastrofe en die door de Israëliërs als de Onafhankelijkheidsoorlog wordt gevierd, moorden Israëlische soldaten een kampement van bedoeïenen in de Negev-woestijn uit. De enige overlevende, een jonge Palestijnse vrouw, nemen ze mee naar hun kamp, waar ze haar verkrachten, vermoorden en begraven in het zand. Jaren later, bijna in het heden, onderzoekt een jonge vrouw in Ramallah de verkrachting en moord. Een obsessieve zoektocht volgt tot ook voor haar de grenzen van het bevattingsvermogen zijn bereikt.

**

Adania Shibli (Palestina, 1974) promoveerde in Media and Cultural Studies in Londen en haalde daarna nog een postdoctoraal in Berlijn. Ze doceerde aan de University of Nottingham en sinds 2013 is ze part-time professor aan het Department of Philosophy and Cultural Studies van de Birzeit University in Palestina. Nu verdeelt ze haar tijd tussen Jerusalem en Berlijn. Ze schreef drie boeken in het Arabisch in 2010, 2012 en 2017, alleen haar laatste boek is vertaald in het Nederlands als Een klein detail. Ze was nauwelijks bekend bij het grote publiek tot ze in 2023 in het nieuws kwam doordat de belangrijkste boekenbeurs ter wereld, de Frankfurter Buchmesse besloot om de haar toegewezen LiBeraturpreis toch niet uit te reiken en dit naar aanleiding van de gebeurtenissen rond 7 oktober 2023 in en rond Gaza. Er kwam prompt een stroom van solidaire reacties op gang waarbij verschillende uitgeverijen hun deelname aan de boekenbeurs introkken. En meer dan 1300 intellectuelen riepen in een open brief op om Palestijnse schrijvers een plaats te geven.
Een klein detail heeft twee verhaallijnen die netjes in twee delen zijn verteld. Vooreerst is er het historische deel dat zich een jaar na de oprichting van Israël afspeelt in de Negev-woestijn in het Zuiden van Israël vlakbij de grens met Egypte. Shibli vertelt door de ogen van een bevelhebber de gebeurtenissen die plaatsvonden tussen 9 en 13 augustus 1949 en welke eindigde met de dood van een naamloos Bedoeïnenmeisje, maar niet voordat ze herhaaldelijk vernederd en verkracht werd. De wreedheid spat van de pagina's af.
Het tweede deel speelt zich precies 25 jaar later af in 1974 dat tevens het geboortejaar van de schrijfster is. Een journaliste uit Ramallah probeert de ware toedracht van de feiten te achterhalen. Het blijkt een logistiek huzarenstuk te zijn, als Palestijnse een auto huren was al niet simpel en om dan ook nog in de andere sectoren te komen waarbij je vele checkpoints moet passeren?
Doorheen een mix van fictieve en historische feiten en in slechts weinig pagina's is Adania Shibli er in geslaagd om een stukje van het dagelijkse leven en de problemen van de Palestijnse bevolking te schetsen. Heden en verleden blijken ook onlosmakelijk met elkaar verbonden te zijn. Het was ook een bewuste keuze van de schrijfster om geen plaatsnamen te gebruiken of namen tout court. Het geeft voor de auteur het gevoel van de Palestijnen weer dat zij en hun steden uitgewist zijn. Dit werkt trouwens, het is een krachtige stijlconstructie.
Een klein detail oogst veel succes en toch is het een boek dat mij helemaal niet aansprak. Het verhaal greep mij niet en bleef afstandelijk, inhoudelijk vond ik het ook mager. De cover weerspiegelt een beetje mijn gevoelens over het boek, grijs en onbestemd. Velen zullen het hiermee niet eens zijn, gezien de vele positieve recensies waardoor het boek op mijn leeslijst beland was.

Uitgeverij: Koppernik (2023) - 127 blz.
Vertaald uit het Arabisch door Djûke Poppinga

vrijdag 1 november 2024

Het eiland van de verdwenen bomen - Elif Shafak

Cyprus, 1974. Kostas en Defne ontmoeten elkaar heimelijk in de plaatselijke taverne, onder de vijgenboom die door een holte in het dak omhoog groet. Dat is de enige plek waar zij, een Turkse, en hij, een Griek, elkaar ongezien kunnen treffen. Dan breekt de oorlog uit. Kostas wordt naar een oom in Londen gestuurd, Defne blijft achter.
Tientallen jaren later probeert hun dochter Ada, na de dood van haar moeder, de geheimen van haar familie te ontwarren. Het enige aanknopingspunt dat Ada heeft, is een vijgenboom die in de achtertuin groeit.

****

Elif Shafak (1971) werd geboren in Straasburg in een Turks gezin, haar vader doceerde filosofie en haar moeder was diplomaat. Met de scheiding van haar ouders, verhuisde ze met haar moeder naar Ankara waar ze opgevoed werd door haar grootmoeder. Shafak studeerde Internationale Relaties aan de universiteit in Ankara en heeft een diploma in Gender- en Vrouwenstudies. Ze behaalde hier ook nog een doctoraat Politieke Wetenschappen. In 1994 maakte ze haar literaire debuut en in 1998 verscheen dan haar eerste roman. Er verschenen nog verschillende boeken van haar, met groot succes in haar eigen land maar zeker ook internationaal. Haar werk wordt in meer dan vijftig landen vertaald en ze ontving grote internationale literaire prijzen. In 2006 werd ze door de Turkse overheid aangeklaagd werd wegens "belediging van de Turksheid", de zaak werd 2 keer geseponeerd, daarna verhuisde ze naar het Verenigde Koninkrijk aangezien ze niet meer welkom was in eigen land. Shafak doceert onder andere aan Oxford University, is TED Global Speaker en zet zich in voor de rechten van minderheden.
Het eiland van de verdwenen bomen speelt zich af op Cyprus in het verleden, 1974. Maar er is ook een hedendaagse verhaallijn, ergens eind jaren 2010 en dan bevinden we ons in Londen. Het verhaal is heel erg goed geconstrueerd en heel afwisselend, met verschillende ik-personages, tijdzones en flashbacks. En er is nog een speciaal ik-figuur die de twee grote verhaallijnen subliem verbindt, de Vijgenboom. Door deze constructie heeft Shafak een volledig verhaal kunnen brengen. De Vijgenboom is de verbindende factor die er voor zorgt dat bepaalde dingen vanuit een ander perspectief konden verteld worden, heel interessant en knap gevonden.
Het boek is een liefdesverhaal maar meer nog een verhaal over familie en generationele belasting. Het gaat over relaties, alle soorten familiale relaties en waar je al dan niet geworteld bent. Op Cyprus leven er twee culturele samenlevingen, de Turkse in het noorden en de Griekse in het zuiden, betrekkingen tussen deze twee liggen moeilijk en net over dít gaat het boek. Het is een uitmuntend uitgangspunt om het verhaal van Cyprus te vertellen en aansluitend om over familieverbanden en wijsheden na te denken, ook migratie is een thema.
Maar er wordt niet alleen een familieverhaal verteld, Shafak brengt ook enkele wetenschappelijke feiten aan de man en dan voornamelijk over bomen en planten en hun leven in symbiose met andere planten zoals de schimmels, de mycorrhiza netwerken dus, en dieren zoals insecten en vogels. Het wil nu lukken dat dit helemaal in mijn interessegebied ligt, de auteur haalt in de bibliografie zelfs een boek aan dat ik al gelezen heb: Verweven leven van Merlin Sheldrake. Ook de klimaatveranderingen komen aan bod. Maar ook wat betreft historische feiten en gebeurtenissen is er veel te lezen in dit boek, het verhaal begint trouwens met de beschrijving van het eiland Cyprus.
Het eiland van de verdwenen bomen is een verrassend goed boek gebleken, ik las het voor de plaatselijke leesclub en zo kom je al eens op 'andere' boeken uit, een dikke meevaller dus. Vooral het thema generationele belasting of epigenetische erfenis en hoe herinneringen van de ene op de andere generatie kunnen worden doorgegeven was heel erg interessant. En dan hebben we het niet alleen over mensen maar ook over hoe geschiedenis en herinneringen zelfs in bomen, planten en dieren worden opgeslagen. Het boek is uiteraard ook een verhaal, fictie en Shafak mag gerust een uitmuntend verhalenvertelster genoemd worden. Ik heb mijn oog al laten vallen op haar andere boeken.

Uitgeverij: Nieuw Amsterdam (2021) - 365 blz.
Oorspronkelijke titel: The Island of Missing Trees
Vertaling: Manon Smits

dinsdag 29 oktober 2024

Vijf moorden - Anders Roslund

Ewert Grens is ten einde raad. Na zijn laatste zaak heeft hij een tijd op een psychiatrische afdeling doorgebracht en nu is hij ingetrokken bij zijn oude vriend Piet. Zal hij wel weer kunnen werken voordat hij met pensioen gaat? Dan worden er twee gruwelijk verminkte lijken gevonden in het zuiden van Stockholm. En Grens heeft geen andere keuze dan deze spectaculaire zaak op te lossen. De hoofdcommissaris geeft hem zeven dagen. Maar Grens’ ondervraging loopt op niets uit. Totdat een DNA-spoor bewijst dat de moordenaar verantwoorde­lijk is voor twee cold cases. Als Grens erachter komt wie de dader is, zet hij alles op alles om zijn onschuld te bewijzen. Zijn carrière staat op het spel.

****

Anders Roslund (Zweden, 1961) bracht samen met Börge Hellström in 2005 een eerste boek uit in de serie met Ewert Grens. Na het overlijden van Hellström schreef hij alleen verder, Vijf moorden is het 12e in de Ewert Grens-serie. De boeken zijn zeer succesvol en werden bekroond met talrijke prestigieuze internationale prijzen.
Roslund gebruikt steeds maatschappelijke thema's in zijn boeken en dit is hier niet anders. Ditmaal gaat het voornamelijk over het gebruik van DNA in onderzoek en aansluitend in de rechtbank en of dit al dan niet als sluitend bewijs kan gelden, actueel thema trouwens. De auteur haalt enkele verschillende meningen aan over het onderwerp, altijd mooi om wat bedenkingen te horen, niets is immers een zwart-witverhaal. En er zijn doorheen het boek nog enkele kwesties waarbij duiding wordt gegeven zoals bijvoorbeeld de drugshandel, boeiend.
Ewert Grens en Piet Hoffmann werken ook weer samen in deze aflevering en dat blijkt steeds een vruchtbaar partnerschap te zijn, en daardoor is er ook wat afwisseling doorheen het verhaal wat het nog boeiender maakt. Het is ook onmogelijk om niet met hen mee te leven. Het boek heeft ondanks het flitsende, gruwelijke en de spannende ontwikkelingen, een hoog realiteitsgehalte.
Anders Roslund heeft met Vijf moorden een heel erg goed boek geschreven, het heeft een sterke plot met daarin actuele thema's verwerkt en er zijn steeds verrassende wendingen waardoor het boeiend en spannend wordt, een echte Roslund.
Eerder van Roslund & Hellström: De uitlevering, Vaderwraak, Drie seconden, Drie minuten
Eerder van Roslund & Thunberg: Made in Sweden, Bloedbroers

Uitgeverij: De Geus (2022) - 422 blz.
Oorspronkelijke titel: 100 procent
Vertaling: Ron Bezemer

zondag 20 oktober 2024

Het serpent - Pierre Lemaitre

Ze is de meest onwaarschijnlijke, maar beste huurmoordenaar ooit
Mathilde is drieënzestig jaar, elegant en goedgekleed. In de buurt kent iedereen haar dankzij haar wandelrondjes met Ludo, haar dalmatiër. Niemand weet echter dat ze een koelbloedige huurmoordenaar is en dat ze áltijd keurig en onberispelijk werk levert. Mathilde is meedogenloos, kent de straten van Parijs op haar duimpje en er is geen brug waar ze de afgelopen dertig jaar geen pistool vanaf heeft gegooid.
Maar Mathilde wordt oud en slechtgehumeurd, en haar opdrachtgever maakt zich zorgen. Als Mathilde haar grip op de zaken verliest, moet ze zélf vrezen voor haar leven... En dat laat ze niet zomaar over haar kant gaan.
Strak geschreven, geestig en spannend, een wervelde thriller die doet denken aan Tarantino's grootste films: dit is Pierre Lemaitre op zijn best.

***

Pierre Lemaitre neemt afscheid van het thriller- en misdaadgenre, zo zegt hij zelf in het voorwoord, en dit met het allereerste boek dat hij ooit schreef maar in de la liet liggen, Het serpent dus. De roman die hij al in 1985 schreef, ziet nu dus het levenslicht, zijn laatst gepubliceerde misdaadroman is dus de eerste die hij ooit heeft geschreven. Hij heeft er structureel niets aan verandert maar hij bracht wel enkele cosmetische wijzigingen aan vooraleer hij het op de wereld losliet.
Het is inderdaad een zéér speciaal boek, eentje waarbij hij zijn verbeeldingskracht volledig heeft los gelaten, de moorden vliegen je om de oren en gruwelijkheden worden niet geschuwd. Temeer omdat het hoofdpersonage een dametje op leeftijd is, corpulent en niet altijd even goed te been. In het boek wordt het met de geloofwaardigheid dan ook niet zo nauw genomen, op cruciale momenten blijkt het dametje dan toch nog meer dan goed uit de voeten te kunnen en is ze iedereen te sluw af. In haar gewone leven is dit laatste anders ook niet evident meer, de vergeetachtigheid slaat meer dan eens toe.
Door de sterk overdreven situaties en gedachtengangen van dan vooral Mathilde neigt dit boek naar het slapstickachtige. Het verhaal klinkt vaak zo absurd en krankzinnig dat het lachwekkend wordt. En toch slaagde de auteur er dit keer niet in om me te doen lachen en dat is in zijn andere boeken wel anders. Het lag er hier precies altijd nét iets te dik op. Het boek speelt zich bijna 40 jaar geleden af en dat merk je soms, vooral het telefooncel gegeven wees hier op, er kwam toch wat nostalgie bovendrijven, waar is de tijd?
Het serpent leest meestal wel vlot maar het verhaal is toch wat magertjes en vertoont weinig inhoudelijks, er sloop toch ook wat herhaling in het boek. Niettemin was het leuk om dit allereerste verhaal van Pierre Lemaitre te lezen en te zien dat hij sindsdien toch wel heel erg geëvolueerd is.

Uitgeverij: Xander Uitgevers (2022) - 256 blz.
Oorspronkelijke titel: Le serpent majuscule
Vertaling: Andreas Dijkzeul

donderdag 17 oktober 2024

Pijn - Zeruya Shalev

Tien jaar geleden raakte Iris zwaargewond bij een terreuraanslag in een bus. Nu heeft ze haar oude leven weer opgepakt en is ze werkzaam als directrice van een school. Haar man draagt haar op handen en de kinderen zijn het huis uit - maar de pijn is gebleven.
Zeruya Shalev slaagt er wederom in om op ongekende wijze over de kracht van een oplaaiende passie, over erotiek en zelfbedrog te vertellen. Zelf overleefde Shalev net zo'n terreuraanslag als ze in deze roman beschrijft. Pijn is zonder twijfel haar meest persoonlijke boek, en een emotionele reis tot het uiterste, die tot de laatste pagina boeit en betovert.

***

Zeruya Shalev (Israël, 1959) studeerde bijbelwetenschappen, werkt als literair redacteur bij een uitgeverij en woont in Jeruzalem. In 1997 verscheen haar eerste roman en ondertussen staan er 6 op haar naam en een poëzieboek en kinderboek. Ze is een van de meest gelezen auteurs uit Israël, haar boeken zijn internationale bestsellers geworden en ze won verschillende prijzen. Auteur Meir Shalev is haar neef.
De titel Pijn is niet uit de lucht gegrepen, heel het boek draait er om en dan gaat het niet alleen over de fysieke pijn maar deze is wel de start van het boek. Shalev overleefde in 2004 zelf een terreuraanslag zoals hier beschreven staat en het leest dan ook heel realistisch, als lezer zit je er middenin en voelt het bijna mee, de pijn. En dan ontmoet Iris haar eerste liefde die haar na het overlijden van zijn moeder dumpte, ze was toen 17 jaar. Toen voelde ze een allesoverheersend verdriet dat nog steeds in haar sluimert en nu wordt ze daar terug mee geconfronteerd. Een ander soort pijn nam bezit van haar.
En dan is er daar nog haar gezin, de liefde voor haar man staat op een laag pitje en haar dochter is alleen gaan wonen in Jerusalem, op kamers, om te studeren. Iris heeft geen goede band met haar en dan bereiken hun alarmerende berichten dat er misbruik van haar gemaakt wordt door een oudere man, weer een ander soort pijn voor Iris.
Weer ben ik in dubio wat betreft dit boek, tot aan de laatste 100 bladzijden vond ik er maar niets aan en wist ik niet goed waar dit boek nu over moest gaan. Allerlei soorten pijn, jawel, en dan? Er waren wel mooie stukken die vlot lazen en me uiteindelijk toch verder deden lezen, maar meestal kon het me niet boeien en meer dan eens getwijfeld of ik wel verder zou lezen. Maar tegen dat het verhaal van Iris met haar dochter Alma op gang kwam, werd het ineens wél interessant. En dan heb ik het niet alleen over het spannende verloop van wat er met Alma gebeurde maar ook over de psychologische bedenkingen van Iris, zowel over haar relatie met haar man, zoon en dochter en die met haar jeugdliefde.
In feite is het boek één lange bedenking van Iris over wat er nú gebeurt in haar leven maar ook wat er in het verleden gebeurde. De auteur schrijft ook in een niet alledaagse stijl, ze gebruikt heel lange zinnen en alinea's en alles aaneensluitend, gedachten, bedenkingen, gebeurtenissen en zelfs dialogen werden in één zin of alinea beschreven. Als je je aandacht er goed bijhoudt, leest dit vlot, maar omdat ik zoals gezegd wel eens afgeleid was of niet helemaal geïnteresseerd, moest ik al eens stukken herlezen omdat ik niet meer mee was. Speciale schrijfstijl dus maar hij went wel vlug.
Pijn is een boek dat ver buiten mijn comfortzone lag en daar gaat hij ook blijven. Ik denk wel dat ik het boek niet licht zal vergeten, het is geen biografisch boek maar de gevoelswereld die erin beschreven staat, zou wél persoonlijk zijn en leest dan ook heel doorleeft. De psychologische bedenkingen op de laatste 100 bladzijden hebben voor mij het boek gered.

Uitgeverij: Cossee (2016) - 348 blz.
Oorspronkelijke titel: Ke'ev
Vertaling: Sander Hoving

donderdag 10 oktober 2024

Leeuw - Deon Meyer

Een jonge vrouw verdwijnt spoorloos na een fietstocht op de Stellenboschberg. De man die later haar lichaam vindt vertelt de politie dat hij denkt dat ze door een luipaard gedood is. Inspecteurs Bennie Griessel en Vaughn Cupido vragen zich af of dit echt zo is of dat haar doodsoorzaak wellicht wat verontrustender is...
Intussen onderzoeken ze de gruwelijke moord op de lokale advocaat Basie Small - maar Bennie is afgeleid door het feit dat zijn verloofde Alexa hun trouwdatum al op korte termijn wil prikken, terwijl Vaughn op zijn beurt ook kampt met relatieprobelemen.
In een wereld vol verraad, valse identiteiten en staatscorruptie worden de inzetten steeds hoger. Algauw bevinden de rechercheurs zich in een race tegen de klok om een catastrofe te voorkomen op de trouwdag van Griessel.

**

Deon Meyer (Zuid-Afrika, 1958) is met dit boek aan zijn achtste Bennie Griessel-boek toe, een reeks waarvan hij met Duivelspiek in 2005 de eerste schreef. Hij studeerde Engels en geschiedenis en werkte als journalist. Hij werd een bestsellerauteur, met vertalingen in vele landen en is nu fulltime schrijver. Zijn boeken bevatten meestal wel maatschappelijke thema's waar hij dan een actiethriller rond bouwt. Hier gaat het over 'staatskaping', misbruik van macht van de staat om zich persoonlijk te verrijken en wat tot enorme corruptieschandalen leidde.
Het boek heeft enkele verhaallijnen die naast elkaar lopen en daarnaast zijn er dan nog de persoonlijke besognes van Griessel en Vaughn. Meyer heeft in het boek weinig of niets achtergehouden wat de verhalen betreft, alle misdaden worden uitdrukkelijk beschreven, chronologisch dan nog, ofwel volgt de ontknoping ervan vrij snel. Er is weinig spanning te bespeuren op enkele momentjes na en van een rechercheonderzoek is er ook niet veel sprake, toch wel teleurstellend.
Het lijkt er op dat de auteur verschillende historische elementen in het boek wilde verwerken en door de verschillende kleinere en grotere verhaallijnen erbij, oogt het geheel wat chaotisch en bij elkaar gesmeten. En de persoonlijke issues van het speurdersduo die op tijd en stond op de proppen kwamen, begonnen uiteindelijk als een stoorzender te werken.
Leeuw is een boek geworden dat wel interessant begon maar door de constante wissel van perspectief en enkele zwakkere verhaallijnen steeds trager werd. Spannend was het meestal ook al niet en de ongeloofwaardige stukken die er in zaten, hielpen daar ook niet bij. Het boek kon niet altijd mijn aandacht vasthouden en bij een actiethriller is dat toch het minste wat je zou kunnen verwachten. Deon Meyer heeft ditmaal geen overtuigende thriller gebracht maar ik heb me wel met enkele historische feiten kunnen bijschaven. Griessel en Vaughn blijven natuurlijk wél een interessant duo en héél af en toe kon ik er toch even mee lachen.

Uitgeverij: A.W. Bruna (2024) - 508 blz.
Oorspronkelijke titel: Leo
Vertaling: Martine Vosmaer en Karina van Santen

woensdag 2 oktober 2024

Mes - Salman Rushdie

Gedachten na een poging tot moord
Op de ochtend van 12 augustus 2022 stond Salman Rushdie op het podium bij het Chautauqua-instituut, klaar om een lezing te geven over hoe belangrijk het is om schrijvers te beschermen, toen een man in het zwart – zwarte kleding, zwart masker – door het gangpad op hem afstormde, een mes in de hand. Zijn eerste gedachte: dus jij bent het. Daar ben je dan.
Daarop volgde een afschuwelijk geweldsdelict dat de literaire wereld en ver daarbuiten op zijn grondvesten deed schudden. In dit boek herleeft Rushdie voor het eerst en tot in detail de traumatische gebeurtenissen van die dag en de nasleep ervan, evenals zijn pad naar lichamelijk herstel en genezing, wat mogelijk werd gemaakt door de steun van zijn vrouw Eliza, zijn familie, een leger aan dokters en fysiotherapeuten en zijn wereldwijde lezersgemeenschap.
Mes is Rushdie op het toppunt van zijn kunnen; hij schrijft met urgentie, diepgang en genadeloze eerlijkheid. Het is daarnaast ook een aangrijpende herinnering aan het vermogen van literatuur om het ondenkbare bevattelijk te maken, een intieme en levensveranderende meditatie over leven, verlies, liefde, kunst – en het vinden van de kracht om weer op te staan.

****

Salman Rushdie (Bombay, 1947) groeide op in een moslimfamilie, studeerde geschiedenis in Engeland en werkte bij reclamebureaus voor hij zich volledig wijdde aan literatuur. Hij werd bekend met zijn tweede boek Midnight's Children (Middernachtskinderen) uit 1981 waarmee hij de Booker Prize won, maar de meesten zullen hem wel kennen van The Satanic Verses (De duivelsverzen) uit 1988. In 1989 sprak de Iraanse religieuze leider Ayatollah Ruhollah Khomeini wegens dit boek een fatwa uit over hem, een doodsvonnis, hij beschuldigde Rushdie van godslastering. Rushdie dook jarenlang onder en stond de klok rond onder politiebescherming, meerdere aanslagen werden verijdeld. Ondertussen verhuisde hij naar de VS waar hij dan terug aan een gewoon leven begon. En in 2022 was er dus deze aanslag die hem bijna fataal werd, 30 jaar nadat de fatwa was uitgesproken.
Mes beschrijft in chronologische volgorde het hele gebeuren van de aanslag en de revalidatie daarna. Maar het boek is meer dan dit, Rushdie heeft er vele beschouwingen en zelfs levensvragen in verwerkt, ook literatuur komt aan bod. Het hele jaar van revalidatie en verwerking heeft er diep ingehakt bij de auteur en zijn visies zijn her en der zelfs wat veranderd. Dit proces heeft hij boeiend beschreven, je kunt hem absoluut volgen ook al hoef je het niet eens te zijn met hem, hij laat iedereen in zijn eigen gedachten en mening.
Salman Rushdie wilde dit boek niet schrijven maar uiteindelijk bleek het voor hem toch een manier om het gebeuren af te ronden, dit had hij zelf nooit verwacht. Als lezer kan je zeker één en ander opsteken, aan filosofische en zelfs spirituele beschouwingen geen gebrek. Ook het relativeringsvermogen van de auteur kan een inspiratiebron zijn voor diegene die wil. In het tweede deel van het boek voert Rushdie een denkbeeldig gesprek met 'de A.' zoals hij zijn aanvaller noemt, een interessante invalshoek.
Mes is een vlot boek en mijn eerste kennismaking met Salman Rushdie, ik moet zeggen dat ik nu geïntrigeerd ben naar andere boeken van hem ook al is dit toch wel een stuk buiten mijn comfortzone, dus wie weet komt het er nog eens van. Mes is in ieder geval een mooi boek met boeiende beschouwingen en de auteur is er in geslaagd om de moordpoging vrij objectief te beschrijven ook al kan het niet anders dan een zeer subjectieve ervaring zijn.

Uitgeverij: Pluim (2024) - 210 blz.
Oorspronkelijke titel: Knife. Meditations After an Attempted Murder
Vertaling: Karina van Santen en Martine Vosmaer

maandag 30 september 2024

Het goedgeleefde leven - Gladys McGarey

De zes geheimen van een 103-jarige arts voor een gezond en gelukkig leven
In een tijd dat vrouwen niet eens een eigen bankrekening mochten openen, begon Gladys McCarey een medische praktijk. Nu, 103 jaar oud en nog steeds werkzaam als arts, deelt ze haar geheimen voor een lang, vol en gezond leven. In Het goedgeleefde leven, dat zowel praktisch als inspirerend is, vertelt ze over haar duizenden patiënten, haar ervaringen als moeder van zes kinderen, en leert ze ons hoe we op elke leeftijd geluk en levenskracht vinden. Wees kwistig met energie, laat los wat niet belangrijk is en leer het leven omarmen.

Dr. Gladys Taylor McGarey (India, 1920) is de dochter van twee artsen die zich beiden bekwaamd hebben in de osteopathische geneeskunde, haar moeder was trouwens één van de eerste vrouwelijke artsen. In 1914 verlieten ze Cincinatti, Ohio om naar India te trekken om daar zorg te verlenen aan de achtergestelde bevolkingsgroepen. In 1920 werd Gladys Taylor geboren, ze had nog een zus en drie broers. In 1935 ging Gladys naar Amerika om er te studeren en haalde er haar medische graad. In 1943 trouwde ze met William McGarey en ze kregen 6 kinderen. Ze waren beiden pioniers en prominente figuren op het gebied van de holistische geneeskunde. Dr. Gladys gebruikte als eerste acupunctuur in de VS en trainde andere artsen hierin. Ze ontving talrijke onderscheidingen en prijzen voor haar uitmuntende bijdragen aan de geneeskunde en de mensheid.
Als je al één ding zou leren uit dit boek is dat liefde de essentie is van het leven én van genezen. En een tweede dat genezing maar mogelijk is als je het zelf doet. En dan heeft ze het uiteraard niet over fysieke handelingen. Het is je levenswijze en de manier waarop je in het leven staat die je in staat stelt om ziekte te overwinnen. McGarey toont dit in het boek aan door middel van de vele verhalen van haar patiënten en dat zijn er nogal wat. Geen theoretische uitleg kan het zo helder brengen als deze verhalen, ze maken haar punten concreet en praktisch. Maar ze doet ook haar eigen verhaal uit de doeken om te kunnen vertellen hoe ze zelf verdriet en ziekte wist te overwinnen.
Eén van de eerste dingen die ze vertelt in haar boek is haar ontmoeting met Gandhi op tienjarige leeftijd. Het was tijdens de historische zoutmars waarmee hij geweldloos protesteerde tegen het Britse zoutmonopolie in India. Gandhi keek haar aan toen hij zich oprichtte nadat hij een bloem had ontvangen van een klein kind. Gladys zag dat zijn hele wezen liefde uitstraalde en het is deze ervaring die een omslag bij haar teweegbracht, de liefde van die man is haar altijd bijgebleven, de liefde die ze tot in haar ziel herkende.
Ze maakt je via 6 geheimen wegwijs in haar levensfilosofie. De woorden die centraal staan zijn: liefde, verbinding, alle leven moet bewegen, alles is je leermeester, loslaten, omarmen en energie.
'Om werkelijk te leven moeten we onze innerlijke levenskracht zien te vinden en onze energie daarop richten.' (Dr. Gladys McGarey)
Ze heeft in feite een zeer eenvoudige levensfilosofie maar wel een krachtige: leven en liefde, dé essentiële elementen die elkaar activeren en ondersteunen. Er kan je van alles overkomen, en toch heb je steeds de keuze hoe je het onoverkomelijke kunt benaderen, dé sleutel voor een vreugdevol en gelukkig leven.
Het goedgeleefde leven is absoluut een liefdevol en hoopvol boek, spiritueel en inspirerend. Het heeft het niet alleen over liefde maar straalt het gewoon ook uit. Gladys McGarey helpt je met dit boek om van perspectief te veranderen en zo de geheimen van ware gezondheid en geluk te ontdekken. Het leest enorm vlot en door de vele verhalen weet McGarey je mee te nemen in haar wereld van leven en liefde. Een dikke aanrader!

Uitgeverij: Alfabet Uitgevers (2024) - 298 blz.
Oorspronkelijke titel: The Well-Lived Life
Vertaling: Fanneke Cnossen

zondag 29 september 2024

Eén raam, geen sleutel - Jussi Adler-Olsen


Tweede kerstdag 2020. Carl Mørck zit met handboeien om op de achterbank van een politieauto onderweg naar Vestre Fængsel. Na vijftien jaar heeft de gewelddadige spijkerpistoolzaak hem ingehaald en aanklachten wegens drugssmokkel en moord dreigen zijn leven en carrière te verwoesten. Zijn collega’s bij de politie in Kopenhagen keren hem de rug toe en al snel wordt het Carl duidelijk dat zijn leven tussen de gedetineerde misdadigers, oplichters en corrupte agenten in acuut gevaar is. Maar wie heeft er een beloning van een miljoen op Carls hoofd gezet – en waarom?
Terwijl Carl Mørck in den blinde vecht tegen de handlangers van de onbekende persoon achter de schermen moeten Rose, Assad en Gordon tegen een rechtstreeks bevel van de chef-Moordzaken in gaan en proberen de lange, ingewikkelde draden van de spijkerpistoolzaak te ontrafelen.
In de langverwachte finale van Serie Q staat de wereld op zijn kop. De goeden blijken de kwaden te zijn, de kwaden de goeden en de slachtoffers de sterksten.

***

Jussi Adler-Olsen (1950) publiceerde 17 jaar geleden zijn eerste boek in de Serie Q en vorig jaar kwam dan het tiende en meteen laatste uit. De serie is enorm populair, alle tien de boeken kwamen in de bestsellerslijsten terecht en de vier eerste kregen een verfilming.
Doorheen deze serie is er een vaste constante, een bepaalde misdaad heeft het leven van Carl Mørck en zijn partner Hardy sterk bepaald en speelt steeds mee in zowel het ontstaan van Afdeling Q als in al de onderzoeken die het team op zijn bord krijgt. En het is deze misdaad die we vanaf boek 1 kennen als de spijkerpistoolzaak en nooit opgelost werd, die nu het onderwerp is van deze thriller.
Dit boek volgt onmiddellijk op het vorige en speelt dus eind 2020 rond nieuwjaar. Carl Mørck is gearresteerd, hij wordt verdacht van drugssmokkel en moord en op het bureau is hij in ongenade gevallen en dat is nog een understatement, hij wordt langs alle kanten tegengewerkt. Maar niet zo in zijn afdeling Q en bij zijn familie en vrienden, daar wordt hij nog altijd op handen gedragen en ze doen er alles aan om hem te steunen, zelfs uit onverwachtse hoek krijgt hij steun, cruciale steun zelfs. Omdat heel de serie speelt vanaf deze spijkerpistoolzaak worden de zaken uit de andere boeken wel eens vermeld, het boek blijkt wel degelijk een afsluiter te zijn.
Inhoudelijk zou je kunnen zeggen dat het boek een minder complexe verhaallijn heeft en toch is het een redelijk dik boek, dit wil dus zeggen dat er nogal wat herhaling in geslopen is en het soms wat traag verloopt. Doordat de zaak vanaf boek 1 een constante is en er zo nu en dan iets werd van gelost, is de verhaallijn je ook niet vreemd. Buiten deze lijn speelt er trouwens ook niets anders mee, alles draait rond Mørck en de spijkerpistoolzaak.
Het verhaal mag dan wel wat dunner zijn dan we gewend zijn, actiescènes zijn er wel overvloedig aanwezig, helemaal in Amerikaanse stijl zelfs. Ontploffingen, achtervolgingen, huurmoordenaars, je kan het je niet bedenken of het steekt er wel ergens in. Ook wonderbaarlijke reddingen en alleen bij de goeden uiteraard, krijg je te lezen. Ik moet zeggen dat ze soms wel erg goed gevonden zijn en toch wel zorgden voor een hoog leesplezier.
Eén raam, geen sleutel is een boek dat vlot leest ook al is het soms wat té uitgesponnen met de neiging tot langdradigheid. Inhoudelijk ligt het veel minder in de lijn van de vorige boeken uit de serie en een soort van psychologische duiding hoef je ook niet te verwachten. Toch kun je zeker plezier beleven aan het lezen van dit boek, ook al klinkt het wat ongeloofwaardig en voorspelbaar soms, je kan je gerust te goed doen aan de actiescènes die toch wel spannend zijn, na het tiende boek ben je uiteraard ook tevreden dat je eindelijk volledig ingewijd werd in de spijkerpistoolzaak die dan ook nog zijn beslag krijgt. Het team rond Carl Mørck blijft trouwens ook tot de verbeelding spreken, het zijn geweldige personages.

Uitgeverij: Prometheus (2024) - 505 blz.
Oorspronkelijke titel: Syv kvadratmeter med lås
Vertaling: Kor de Vries

woensdag 18 september 2024

Grand Hotel Europa - Ilja Leonard Pfeijffer

De schrijver neemt zijn intrek in het illustere maar in verval geraakte Grand Hotel Europa om te overdenken waar het is misgegaan met Clio, op wie hij in Genua verliefd is geworden en met wie hij in Venetië is gaan wonen. Hij reconstrueert het meeslepende verhaal van liefde in tijden van massatoerisme, van hun reizen naar Malta, Palmaria, Portovenere en de Cinque Terre en hun spannende zoektocht naar het laatste schilderij van Caravaggio. Intussen vat hij een fascinatie op voor de mysteries van Grand Hotel Europa en raakt hij steeds meer betrokken bij het wedervaren van de memorabele personages die het bevolken en die uit een eleganter tijdperk lijken te stammen, terwijl de globalisering ook op die schijnbaar in de tijd gestolde plek om zich heen begint te grijpen.

*****

Drie jaar terug las ik voor het eerst een boek van de Nederlandse dichter, classicus en schrijver Ilja Leonard Pfeijffer (1968) De filosofie van de heuvel. Dat was me toen heel erg goed meegevallen en dus nu een tweede boek van zijn hand. Grand Hotel Europa stond op de shortlist van de Libris Literatuurprijs en de NS Publieksprijs en was lange tijd niet weg te denken uit de bestsellerslijsten, termen die vielen waren 'meesterwerk, monumentaal, magistraal, roman van het jaar'.
Grand Hotel Europa is zeer zeker van een heel ander kaliber dan dat eerste boek dat ik las. Zijn schrijfstijl en woordgebruik sprak me toen al aan maar nu nog meer. De auteur maakte toch wel dikwijls gebruik van woorden die ik niet kende, spijtig genoeg had ik vaak niets in de buurt om ze op te zoeken. En zijn stijl was dus toch wel geweldig, hij maakte niet alleen woordgrapjes, zijn dialogen zijn vaak ook een steekspel over en weer met een archaïsch woordgebruik waardoor het nóg grappiger klinkt. Er zitten ook heel wat monologen in waarbij je je begint af te vragen hoe hij er in hemelsnaam in slaagt om aan iets kleins zo een lange passages te wijden, ik kon er alleen maar bewondering voor hebben.
Er zit een soort van verhaal in het boek, afwisselend vertelt de auteur zijn ervaringen in het hotel tijdens het schrijven van dit boek, hij is immers zelf het hoofdpersonage, en zijn relatie met Clio van de start tot aan zijn vertrek naar dit hotel. Deze twee verhaallijnen gebruikt Pfeijffer om zijn observaties, bedenkingen en zelfs meningen te spuien.
Vooreerst heeft hij het dus over cultuur. Door de zoektocht naar het laatste schilderij van Carravagio lezen we eerst en vooral over de schilder zelf maar komen we ook een en ander te weten over kunst en cultuur in het algemeen en doet hij de lezer hieromtrent wat meningen aan de hand.
Daarnaast heeft de schrijver het voornamelijk over het fenomeen massatoerisme, door middel van zijn beschrijvingen van ontmoetingen legt hij er verschillende pijnpunten over bloot. Hij heeft daar dan ook nog een uitgesproken mening over en ik kan niet anders zeggen dat hij zeer rake observaties doet. Je leert in ieder geval heel wat bij over het fenomeen.
Grand Hotel Europa is een boek dat me zal bijblijven. Het is zeer interessant en zelfs leerrijk en daarnaast is het zo geschreven dat zelfs een gegeven dat weinig om het lijf heeft toch een ware leessensatie wordt. En dan is het vaak nog grappig ook. Ilja Leonard Pfeijffer oogst mijn bewondering. Een dikke aanrader!

Uitgeverij: De Arbeidspers (2018) - 547 blz.

vrijdag 6 september 2024

De onderwaterzwemmer - P.F. Thomése

Bij de nachtelijke oversteek naar bevrijd gebied, in het laatste oorlogsjaar, raakt de veertienjarige Tin van Heel zijn vader kwijt. Een nacht en een dag en een avond blijft de jongen in de uiterwaarden, waken, turen, zoeken, maar zijn vader komt niet meer boven water. Als dertig jaar later, tijdens een Afrikaanse reis met zijn vrouw, het noodlot opnieuw dreigt, voelt hij dat de tijd gekomen is om alles recht te zetten.

***

P.F. Thomése (1958) was redacteur, verslaggever, essayist, hij schreef voor enkele dagbladen en is verhalenverteller, schrijven zit hem dus in het bloed. In 1986 publiceerde hij zijn eerste literaire verhaal dat later deel uitmaakte van de verhalenbundel Zuidland, zijn debuut uit 1990. Toen in 2003 Schaduwkind verscheen brak hij internationaal door, het boek gaat over het verlies van zijn dochtertje. Thomése werd vaak genomineerd voor prijzen en ontving er ook verschillende. De onderwaterzwemmer haalde de shortlist van drie grote publieksprijzen en kreeg uiteindelijk de Lezersjury Fintro Literatuurprijs 2016.
Dit is mijn kennismaking met deze auteur, ik ben echter in dubio wat ik er precies van moet vinden. Het boek is opgebouwd in drie delen met telkens een tijdsspanne van 30 jaar ertussen maar met wel telkens dezelfde persoon. We volgen hem in deze drie cruciale periodes in zijn leven vanuit zijn eigen perspectief maar toch is het verhaal verteld in de derde persoon. Daardoor krijg je een beetje een helikoptervisie over het hele verhaal en zelfs over Tins emotionele toestand. Dit leest vlot en aangenaam, de keerzijde is echter dat je niet betrokken wordt in het verhaal maar dit is hier een pluspunt omdat je zo overzicht blijft houden. De auteur heeft een verhaal te vertellen over dood, verlies en schuld maar ook over hoop en redding.
Het eerste deel vertelt slechts één dag in het jonge leven van Martin maar wel de dag die heel zijn verdere leven bepaald heeft, hij zit sindsdien immers opgezadeld met een allesoverheersend schuldgevoel door het verlies van zijn vader. Het tweede en langste deel speelt zich af in een ander continent en leest voor een stuk zelfs als een actiethriller, dit kan van de andere twee delen veel minder gezegd worden. Hier worstelt het hoofdpersonage met het verlies van zijn vrouw Vic. In het korte derde deel dat zich ook al in nog een ander continent afspeelt, ligt Tin op zijn dood te wachten. Dit is het meest verrassende deel van het boek en het meest ontroerende en hoopvolle ook.
De keuze van de titel wordt gedurende het lezen van het boek duidelijk en is goed gevonden, het heeft zelfs iets spiritueels.
Over het hoofdpersonage valt ook een en ander te zeggen en te denken. Hoe verder je in het boek komt, hoe minder sympathie je lijkt te voelen voor hem. De man komt nogal passief uit den hoek, zijn daadkracht laat zeer te wensen over en het dramatische is dat hij zich er zelf van bewust is. Langs de andere kant kon hij ook weinig of niets doen aan de gebeurtenissen die hij op deze cruciale momenten meemaakt. Verder weten we niets van hem, alleen dat de traumatische gebeurtenis in het eerste deel zijn leven volledig lijkt bepaald te hebben.
Het is niet een erg dik boek, eerder een dun maar de auteur heeft verteld wat hij wilde vertellen. Tijdens het lezen zie je ook voortdurend verbanden tussen de verschillende delen en de gebeurtenissen en zelfs de gevoelens van Tin, Thomése speelt met woorden en dat is fijn om te lezen.
De onderwaterzwemmer is goed geschreven en leest meestal vlot alhoewel er ook wat mindere stukken inzitten. Af en toe dook er ook wat humor op en dat viel zeer te appreciëren. Het verhaal zelf beviel me minder, soms vroeg ik me af waarover het nu toch ging, het was voor mij redelijk ongeloofwaardig en de hoofdpersoon ging me op de zenuwen werken. Dit boek las ik voor de plaatselijke leesclub en dan lees je toch net iets anders, ik kon daardoor wel de kracht van het boek zien.

Uitgeverij: Atlas Contact (2015) - 253 blz.