maandag 22 april 2024

De verhitte planeet - Bob Michiels

Andere waarden voor deze wereld
Wat er te veel is aan obsessie voor identiteit, is er te weinig voor de klimaatcrisis. We hebben nood aan specifieke waarden voor specifieke problemen, maar met toch één gemeenschappelijke hefboom: meer inlevingsvermogen. Bij identiteit moeten we er op een beschaafde manier voor zorgen dat iedereen kan zijn wie hij of zij is. En toegepast op de klimaatcrisis zouden we ons misschien beter eens wat meer inleven in de wereld die onze kinderen en kleinkinderen te wachten staat. En daarbij kan het echt geen kwaad om ook eens na te denken over de vraag of God nog een optie is in deze wereld. Een groter (lees: juister) godsbesef kan wellicht een boost betekenen voor de juiste waarden die we nodig hebben om op deze verhitte planeet te kunnen overleven.

Bob Michiels (1950) studeerde rechten en begon zijn carrière als advocaat aan de Antwerpse balie. Daarna stapte hij als bedrijfsjurist over naar de banksector waar hij bijna dertig jaar werkte voor één van de grootste Belgische grootbanken. Daar zat hij natuurlijk op de eerste rij om ons economisch en kapitalistisch systeem te leren kennen. Deze kille en keiharde financiële wereld waar alles draait om rendement en return on investment maakte hem geleidelijk aan bewust van andere, zachtere waarden zoals o.a. rechtvaardigheid, billijkheid, gelijkwaardigheid, medemenselijkheid en tolerantie. In 2018 kwam zijn eerste boek uit Terra Socialis en met De verhitte planeet is hij aan zijn vierde toe, ze gaan allemaal over maatschappelijk belangrijke en urgente thema's.
Zijn boek is opgedeeld in twee grote delen en een derde kleinere. De titel van deel 1 Teveel identitaire obsessie, maakt onmiddellijk duidelijk waar onze planeet teveel mee bezig is en dat is onze eigen identiteit. We blijken er obsessioneel mee bezig te zijn, in de gesproken en geschreven media zijn deze onderwerpen niet weg te denken, we worden er mee rond de oren geslagen zelfs. Het cultuurmarxistisch complot, Trump, hybride oorlogsvoering, black lives matter, woke obsessie en gendergevoeligheid zijn maar enkele van de besproken onderwerpen in het boek maar ze leiden allemaal tot polarisatie waardoor ze uiteindelijk schade toebrengen aan de politieke en democratische stabiliteit van een land en de wereld.
Deelaspecten van identiteit worden dus soms tot in het extreme uitvergroot maar in deel 2 Te weinig klimaatobsessie zegt Michiels is het tegenovergestelde waar ivm het klimaat, daar kan de ernst van de situatie niet genoeg uitvergroot worden. Michiels legt hier vele pijnpunten bloot en niet de minste is de steeds groter wordende kloof tussen de rijksten en de zwaksten van deze planeet. Zijn aandacht voor de noden van de volgende generaties is ook groot. Ontluisterende klimaatconferenties, kapitalisme, Overshoot Day, planetaire grenzen en klimaatprocessen zijn hier enkele van de vele onderwerpen.
En dan is er nog een korter derde deel Te weinig Godsbesef  waarin hij stelt dat het echt geen kwaad kan om ook eens na te denken over de vraag of God nog een optie is in deze wereld. Enkele onderwerpen hier zijn Godsbewijzen, wiskundige schoonheid, universeel bewustzijn en bijna-dood-ervaringen.
Dit is absoluut een veelzijdig boek dat over allerhande onderwerpen gaat maar steeds met aandacht voor de maatschappelijke waarden ervan voor landen en de planeet. Michiels haalt vele auteurs, boeken en artikelen aan en hij bekijkt het vaak vanuit filosofische standpunten van filosofen door de eeuwen heen. Het boek is daardoor niet altijd even toegankelijk en het kost soms best wat moeite om mee te zijn. Maar Michiels heeft het wel steeds vlot gebracht en zijn schrijfstijl draagt daar toe bij, hij illustreert alles ook met praktische voorbeelden en dat bevordert het leesplezier. Een zekere filosofische interesse of het durven nadenken over algemene menselijke en geestelijke onderwerpen kunnen je hierbij helpen.
Bob Michiels is een belezen man, dat getuigen de vele uiteenlopende onderwerpen en de vele auteurs die hij citeert. En er wordt nagedacht, dat hij het in het boek ook heeft over Godsbesef, strekt hem zeker tot eer en valt absoluut te waarderen. De verhitte planeet is een boeiend boek met een belangrijke boodschap dat heel erg goed opgebouwd is. 
'Meer rekening houden met de Ander én met de planeet, daar ligt de sleutel. Kortom, we hebben nood aan specifieke waarden voor specifieke problemen, maar met toch één gemeenschappelijke hefboom: meer inlevingsvermogen.' (Bob Michiels)

Uitgeverij: Aspekt (2023) - 417 blz.

vrijdag 12 april 2024

De laatste sneeuw - Stina Jackson

De winter weigert zijn ijzige greep op Ödesmark, een afgelegen dorp in Lapland, los te laten. Veel huizen zijn er langzaam in verval geraakt. Maar Liv Björnlund is nooit weggegaan. Ze woont er samen met haar tienerzoon Simon en haar bejaarde vader Vidar.
Liv voelt de blikken van hun weinige buren. Iedereen lijkt zich af te vragen of het waar is dat Vidar op een klein fortuin zit. Zijn twijfelachtige zaakjes hebben hem veel vijanden opgeleverd en in Ödesmark vergeet niemand ooit iet.
Nu wil iemand terug wat rechtmatig van hem is. Niets zal hem stoppen, ongeacht wie hem in de weg staat...

***

Stina Jackson (Zweden, 1983) groeide op in het noorden van Zweden wat meteen ook de locatie is van deze thriller. Ze debuteerde in 2018 met haar boek De zilverweg en won er gelijk de Best Swedisch Crime Novel Award mee alsook de Glass Key award. De laatste sneeuw is haar tweede en ook hiervan zijn er al vele exemplaren verkocht en in verschillende landen. Een overweldigend verkoopsucces dus. Sinds 2006 woont ze met haar gezin in Denver, Colorado.
Het boek is een thriller en leest gedeeltelijk ook zo, er is een moord en een politieonderzoek en een beetje spanning zit er ook wel in maar daar hoef je het niet voor te lezen. Het verhaal is echter meer dan dat, voor een groot deel is het een psychologische roman en de streek waar het allemaal gebeurt is zeker ook onderdeel van het boek. Het hoofdpersonage is Liv en zij is vaak de ik-persoon. Haar karaktertekening is heel uitvoerig beschreven en je leert haar goed kennen, je kan niet anders dan meeleven met haar. Het is vooral de relatie met haar vader die centraal staat maar ook die tot haar zoon. Via flashbacks komen we het verloop van haar leven te weten maar er zijn ook hoofdstukken die haar verhaal chronologisch vertellen van 1998 tot 2009. Het is een mysterieus en duister verhaal toch wel, Liv ligt al sinds ze klein was in conflict met haar vader en heeft moeite met haar leven in armoede in het afgelegen dorp waar heel wat geroddeld wordt. Daardoor leest het boek ook als een roman.
In het begin had ik wel moeite om in het verhaal te komen of te blijven maar gaandeweg werd het wel boeiender. Als lezer denk je tot ver in het boek dat je weet hoe het allemaal zit maar de auteur heeft er een geweldig verrassend einde aan geschreven waarvoor niets dan lof! Daar kon ik me nu eens helemaal in vinden. Jackson schrijft ook gemakkelijk en toegankelijk en door de combi van thriller en roman is er altijd wel iets interessants te lezen.
De laatste sneeuw is een mooie roman of psychologische thriller die nogal traag op gang komt en toch nog een heel eind traag blijft maar dan uiteindelijk wel uitmondt in een schitterende finale. Een boek voor de liefhebbers. 

Uitgeverij: De Geus (2021) - 358 blz.
Oorspronkelijke titel: Ödesmark
Vertaling: Marika Otte

dinsdag 9 april 2024

Een voor een - Chris Carter

Wie is de volgende die sterft?
Rechercheur Robert Hunter krijgt een anoniem telefoontje waarin hem wordt gevraagd naar een website te gaan. Als hij inlogt, komt hij terecht in een gruwelijke show die alleen voor zíjn ogen bedoeld is. De beller wil echter niet dat hij alleen maar toekijkt. Hij wil dat Hunter meedoet, en weigeren is geen optie: 'Ik heb je hulp nodig, rechercheur. Vuur of water?'
Nog voordat Hunter en zijn partner Garcia hun onderzoek naar deze verknipte geest kunnen starten, krijgt Hunter een nieuw telefoontje. Een nieuwe website. Een nieuw slachtoffer. Maar deze keer heeft de moordenaar zijn spel geüpgraded naar een uiterst moorddadige live-realityshow, waarin iedereen die de site tegenkomt over de afloop kan meebeslissen...

****

Chris Carter werd geboren in Brazilië en groeide er op. Daarna verhuisde hij naar de Verenigde Staten om er forensische psychologie en zo bestudeerde hij het gedrag van criminelen. Hij werkte verschillende jaren als dusdanig tot hij het roer totaal omgooide en muzikant werd. Hij speelde in diverse bands als gitarist, trok uiteindelijk naar Londen en toerde zelfs de wereld rond. Tegenwoordig is hij fulltimeschrijver, zijn reeks rondom profiler Robert Hunter wordt in vele landen uitgegeven. In het Nederlands zijn nog maar zijn 5 eerste boeken vertaald, de teller staat op 13.
Door zijn forensische ervaringen heeft Carter veel plaatsen delict gezien en daarmee duisternis, pijn, verdriet en geweld, dit heeft hij dus verwerkt in zijn boeken en daardoor zijn ze zo gruwelijk, gewelddadig en expliciet. Volgens zijn eigen zeggen zit er hoe langer hoe meer van hemzelf in Robert Hunter, de slapeloosheid en voorliefde voor whisky hebben ze zeker al gemeen.
Carter heeft hier absoluut een zeer actueel thema aangehaald, je wordt inderdaad om de oren geslagen met allerhande realityshows die over echt van alles kunnen gaan. Carter heeft dit thema wel gebracht in de overtreffende trap, live én moorddadig in de letterlijke betekenis dan. Het gedrag van het publiek zoals Carter het beschrijft, geeft te denken, persoonlijk vond ik het walgelijk maar of dit nu realiteit is? We kunnen alleen maar hopen van niet. Het was echter wel heel zeker een uitmuntende truc om je aan het boek gekluisterd te houden.
Voor de plot heb ik ook alleen maar bewondering, hij zit heel erg knap in elkaar en deze geeft dan ook nog eens te denken. Het verhaal laat de samenleving niet van zijn beste kant zien, het is wel duidelijk dat sensationele gebeurtenissen voor de meeste mensen een diepere indruk nalaten dan positief nieuws. Dat bevestigen de geschreven en gesproken nieuwsberichten wel. Maar een goede plot dus met een gestage en steeds spannendere opbouw tot een climax die absoluut verrassend was.
Een voor een is een super spannend en actueel boek. De karakteropbouw mist ook hier en af en toe bekruipt je toch even het gevoel dat je het al eens gelezen hebt, maar de goede plot en de spannende opbouw zorgen zeker voor een hoog leesplezier-gehalte. Laat die volgende vertaling maar komen.

Uitgeverij: Harper Collins (2024) - 382 blz.
Oorspronkelijke titel: One by One (2013)
Vertaling: Henske Marsman

donderdag 28 maart 2024

't Hooge Nest - Roxane van Iperen

Het waargebeurde verhaal van twee joodse zussen in het verzet, 
een onderduikvilla in 't Gooi en het onvermijdelijke verraad
Tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn de twee joodse zussen Janny en Lien Brilleslijper actief in het verzet in Amsterdam en Den Haag. Als het net zich rond hen begint te sluiten, moeten ze onderduiken. Ze komen terecht in 't Hooge Nest, een villa verscholen in de bossen van 't Gooi. Spoedig zal het huis onder hun leiding uitgroeien tot een van de grootste onderduikadressen in Nederland.
Terwijl de laatste joden in het land worden opgejaagd gaat het leven van enkele tientallen onderduikers zo goed en kwaad als het gaat door, pal onder de neus van NSB-buren en nazikopstukken. Als het einde van de oorlog in zicht is wordt het Nest verraden en de familie Brilleslijper belandt met het laatste transport in Auschwitz, samen met de familie frank.
't Hooge Nest is een verhaal over moed, verraad en menselijkheid in barbaarse tijden, en brengt een ongekende geschiedenis met kracht tot leven.

****

Roxane van Iperen (1976) groeide op in Spanje, België en Nederland. Ze studeerde rechten aan de Universiteit van Amsterdam en volgde een beroepsopleiding advocatuur. Ze werkte vanaf 2001 als jurist en begon in 2014 aan een journalistieke loopbaan voor verschillende magazines en kranten. In 2016 debuteerde ze als auteur met Schuim der aarde die de Hebban Debuutprijs won, haar doorbraak kwam in 2018 met 't Hooge Nest waarmee ze de Opzij Literatuurprijs 2019 won en de shortlist van de NS Publieksprijs 2020 haalde.
De reden waarom Roxane van Iperen dit boek schreef is best opmerkelijk, in 2012 verhuisde ze met haar man en kinderen naar 't Hooge Nest in Naarden en met de restauratie ontdekten ze luiken en schuilplekken waar ze kaarsstompen, bladmuziek en oude verzetskrantjes aantroffen. En zo begon haar zoektocht naar de geschiedenis van dit huis en daarmee naar het verhaal van de twee joodse zussen Brilleslijper. Ze leerde de nazaten van kennen en door de vele gesprekken en de persoonlijke documenten die ze kreeg, kon ze zes jaar later dit verhaal op de wereld loslaten.
Ik moet zeggen dat het toch wel een uitzonderlijk oorlogsverhaal is in vergelijking met de vele andere verschenen oorlogsboeken. Roxane van Iperen heeft een vrij volledig beeld geschetst van Wereldoorlog II aan de hand van het persoonlijke verhaal van de zusjes en hun onderduik- en verzetscentrum. In het begin verspringt ze daarvoor nogal eens in de tijd en komt het wat droog over, je raakt ook moeilijk in het verhaal, maar misschien was ik wel niet aandachtig genoeg, dat kan ook.
Het verhaal kent drie grote delen. Het eerste deel Oorlog, behandelt de periode van het begin van de oorlog maar maken we ook kennis met de familie. De auteur verspringt heel in het begin wel eens in de tijd maar verder heeft ze alles netjes chronologisch gebracht, op wat overlappende delen na. Toch klinkt dit eerste deel afstandelijk, je leert de personages dan wel kennen maar je voelt je weinig betrokken of geraakt. Niettemin een heel erg interessant deel.
Het tweede deel 't Hooge Nest, is dan de periode dat de familie moet onderduiken en ze na lang zoeken begin 1943 eindelijk een schuilplaats vinden, 't Hooge Nest in de bossen van het Gooi op de grens tussen Naarden en Huizen ten oosten van Amsterdam. Tot ze dan uiteindelijk toch verraden worden in de zomer van 1944.
Deel drie Overleven, is dan meteen het meest aangrijpende én spannendste deel van het boek met de arrestatie, de verhoren en mishandelingen en de overbrenging naar Kamp Westerbork waar ze als criminelen in de strafafdeling worden opgesloten en de zussen bevriend raken met Anne en Margot Frank. Dan is er de deportatie naar het vernietigingskamp Auschwitz en later worden ze dan nog overgebracht naar het overvolle concentratiekamp Bergen-Belsen waar ze uiteindelijk op 15 april 1945 bevrijd worden. De vertelling van dit deel komt serieus binnen, je hoort het verhaal zo goed als uit de eerste hand en het is werkelijk gruwelijk. Je weet dit wel maar door dit verhaal beleef je het mee als je dit tenminste zo kan zeggen, waarschijnlijk was het nog erger dan je het zo leest.
Vooral indrukwekkend was de moed, daad- en doorzettingskracht van het verzet en dit zowel van de Joodse als de Nederlandse bevolking.
'Wanneer er gevochten moet worden, moet er maar gevochten worden. Je kunt jezelf niet ontrouw worden. Je kunt jezelf ook niets wijsmaken. We stonden ervoor. We hebben gedaan wat we moesten doen, wat we konden doen. Niet meer en niet minder' (Janny Brandes-Brilleslijper)
't Hooge Nest is een geweldig goed boek dat een uitmuntende kijk geeft op de onderduik- en verzetsgeschiedenis van het Joodse volk en de verschrikkingen in de concentratie- en vernietigingskampen. In het begin was het een wat droog verhaal maar gaandeweg word je er dan toch ingezogen. Hoe gruwelijk de beschrijvingen ook zijn, je kan niet anders dan onder de indruk zijn van de moed van het verzet en de gedeporteerden en de hoop en strijdvaardigheid die ze zelfs in de meest uitzichtloze situaties nog laten zien. De research die van Iperen verricht heeft, verdient ook veel respect.

Uitgeverij: Lebowski Publishers (2018) - 382 blz.

zondag 24 maart 2024

Het oog van de nacht - Cilla & Rolf Börjlind

Olivia Rönning en haar collega ondervragen Oekraïense oorlogsvluchtelingen om zo mogelijke oorlogsmisdaden en misstanden langs de vluchtroutes te documenteren. Daarbij horen ze over een crimineel netwerk dat mensenhandel organiseert. Tom Stiltons partner Luna realiseert zich intussen dat hij tegen haar heeft gelogen en dat hij waarschijnlijk iemand heeft vermoord. En wat nog erger is: hij lijkt zich er niet schuldig over te voelen.
Een man valt van een dak in het centrum van Stockholm en sterft. Een getuige ziet dat hij kort voor zijn dood wordt achtervolgd door twee mannen. Voordat de dode kan worden geïdentificeerd of er een autopsie kan worden uitgevoerd, wordt zijn lichaam uit het mortuarium gestolen. Wie was hij en wie zijn de mensen die willen dat zijn identiteit verborgen blijft? De aanwijzingen leiden naar een luxejacht aan de Franse Rivièra en een kleinood van onschatbare waarde: een Fabergé-ei met de naam ‘het Oog van de Nacht’.

**

Cilla en Rolf Börjlind is een Zweeds echtpaar dat diverse scenario's schreef voor tv-series en films en met groot succes. Maar ook als auteurs doen ze het goed, in 2012 kwam hun eerste Rönning & Stilton-thriller uit en met Het oog van de nacht zitten ze aan hun achtste. In 2022 brachten ze voor het eerst een tragikomische roman uit.
Zoals het een goede serie betaamt, zijn er uiteraard de vaste personages die we ondertussen kennen zonder dat de auteurs nog veel uit de doeken hoeven doen en zit er enige persoonlijke ontwikkeling in het boek. Met mooie personages is het altijd fijn om ze weer te ontmoeten en de evolutie te volgen. De auteurs slagen er zoals altijd in om ze levensecht voor te stellen en je ziet ze zo voor je in een film, aangezien het toch wel zeer succesvolle scenarioschrijvers zijn is dit niet zo verwonderlijk natuurlijk. Het boek leest trouwens ook nu weer als een film met enkele spannende maar ook gruwelijke actiescènes.
Het maatschappelijke thema is zeer actueel, oorlogsvluchtelingen en mensenhandel. Het verhaal dat ze hierrond geweven hebben, is zeker goed maar de auteurs zijn er niet in geslaagd om de lezer te grijpen en dit is toch wel het grote minpunt van dit boek. Er zijn enkele verhaallijnen die uiteindelijk wel in elkaar grijpen maar het geheel doet toch wel chaotisch aan. Er is samenwerking tussen de verschillende onderzoekers maar ook dit is veel minder uitgewerkt dan je zou verwachten van dit schrijversduo, het komt allemaal wat koud over en niet doorleefd ook al is het wel zeer filmisch geschreven.
Het oog van de nacht is zeker geen slecht boek maar het was niet zo overtuigend als hun eerste boeken in deze serie. Ondanks het interessante thema dat alles in zich heeft om te emotioneren, slagen de auteurs hier niet in. Pas in het laatste deel van het boek werd het ook enigszins spannend. Het leesplezier lag dus minder hoog dan gewenst.

Uitgeverij: A.W. Bruna (2023) - 335 blz.
Oorspronkelijke titel: Nattens öga
Vertaling: Corry van Bree

maandag 18 maart 2024

Imperium - Robert Harris

Op zijn eenentwintigste heeft Marcus Cicero slecht één levensdoel: heerschappij over de Romeinse staat, imperium. In zijn adembenemende literaire thriller beschrijft Robert Harris hoe Cicero uitgroeit tot de briljantste en meest welbespraakte advocaat uit de geschiedenis, die zich met zijn gevreesde, bijtende humor en gedreven door een verpletterende ambitie een weg vecht naar het absolute machtscentrum van Rome.

*****

Robert Harris (1957) studeerde Engelse Literatuur aan de Universiteit van Cambridge, werd journalist bij de BBC, politiek redacteur van The Observer en columnist. Vooreerst was hij auteur van non-fictieboeken over diverse maatschappelijke en politieke onderwerpen maar daarna legde hij zich toe op het fictieve genre en in 1992 verscheen dan zijn eerste thriller Fatherland waarmee hij op slag internationale faam verwierf. Sindsdien schreef hij nog verschillende historische boeken waarvan er verschillende verfilmd werden.
Imperium is het eerste deel van een trilogie rond Cicero die leefde van 106 tot 43 v.Chr. en behandelt zijn periode als Senator (79-70 v.Chr.) en Praetor (68-64 v.Chr.) tijdens de democratische Romeinse Republiek die naar zijn einde aan het lopen is. Harris geeft in zijn nawoord aan dat het een roman is waarvan het merendeel van de gebeurtenissen op waarheid berusten, er is heel erg veel bewaard gebleven van Cicero in verschillende bronnen wat hem uniek maakt voor deze Romeinse periode.
Het verhaal is geschreven in de ik-vorm en deze ik is de slaaf en dienaar Tiro die samen met Cicero een filosofische vorming genoot, hem overal vergezelde en zodoende als zijn secretaris optrad en zijn vriend was. Deze Tiro zou effectief Cicero's levensverhaal opgetekend hebben maar dat is verdwenen. 
Robert Harris vertelt hier dus het verhaal van Cicero en dat op zich is al heel erg boeiend, het is een erg interessante figuur en we krijgen regelmatig een redevoering of betoog van hem te lezen of toch stukken ervan. Cicero was advocaat en dit boek las dus ook als een rechtbankthriller en dat alleen al was om van te smullen. Hij moest echter ook zijn zaken voorbereiden en daarvoor moest hij dan ook onderzoek doen, Harris slaagt er in om deze delen spannend te maken en je waant je in een echte thriller. De combinatie van historische feiten en dit spannende verhaal is meer dan geslaagd en maakt van Robert Harris een meesterlijk verteller.
En doorheen al deze gebeurtenissen en vertellingen krijg je dan ook nog een heel erg goed beeld van het leven in deze historische periode. Je begint tussendoor eens wat rond te surfen om begrippen verduidelijkt of er een beeld van te krijgen, als geschiedkundige les kan dit absoluut tellen. En de auteur heeft het zo levendig verteld dat je je helemaal kan verliezen in het destijdse Rome, de streek en hun culturele, nationale en internationale politieke gewoonten en bezigheden.
Imperium is een verrassend goed boek gebleken, het was niet alleen historisch gezien heel interessant en boeiend maar Harris heeft er ook nog een spannend verhaal van gemaakt. En je kan ook niet anders dan tussendoor de vergelijking doortrekken naar de huidige tijd, er lijkt niet veel veranderd te zijn want veel van wat je hier leest is immers ook nu nog van toepassing. Ik kan alleen maar uitkijken naar de twee volgende delen. Een dikke aanrader.
Eerder: De officier

Uitgeverij: De Bezige Bij (2006) - 367 blz.
Oorspronkelijke titel: Imperium
Vertaling: Janneke Zwart en Miebeth van Horn

zaterdag 9 maart 2024

Klopjacht - James Patterson

De vrienden Alex Cross en John Sampson staan op het punt om samen de ruige wildernis van Montana in te trekken als ze worden opgeroepen bij een moordzaak in Washington. Samen met Ned Mahoney storten ze zich op het onderzoek, zich niet bewust van het veel grotere kwaad dat dreigt.
M, de mysterieuze moordenaar die Cross al jaren achtervolgt, is weer opgedoken en lijkt ongrijpbaarder dan ooit. Het spoor leidt ze dieper de wildernis in, waar Cross en Sampson als opgejaagd wild hun krachten moeten bundelen, en hun overlevingsdrang moeten inzetten.

***

James Patterson (1947) studeerde Engelse literatuur en werkte daarna voor een reclamebureau. In 1976 bracht hij zijn eerste boek uit en in 1996 werd hij dan fulltime schrijver. Hij heeft een indrukwekkende lijst aan verschenen boeken waaronder vele losstaande boeken maar hij schrijft toch vooral in serie-verband. De serie rond Alex Cross was hiervan de eerste met in 1992 Along came a Spider en Kiss the Girls in 1994 die we beiden uiteraard kennen van de succesvolle verfilmingen. Klopjacht is de 29e en de teller staat op 32.
In het begin kreeg ik nog de indruk dat we een politiethriller te lezen kregen maar het boek ontpopte zich toch al snel tot een sneltrein actiethriller met achtervolgingen, schietpartijen met allerlei wapens, de kanonnen ontbraken nog net en ontelbare doden. En dan waren er nog verschillende partijen bij betrokken. Je leek in een film te zitten waarin je je zo Jason Statham kon voorstellen of Bruce Willis, in ieder geval actie troef.
Klopjacht is een goed boek, ontspannend en vlotjes lezend doordat het zeer toegankelijk geschreven is met korte hoofdstukken en een eenvoudige schrijfstijl. Het boek is bovenal zeer filmisch, het klinkt nogal eens overdreven en ongeloofwaardig, maar met niet al te hoge verwachtingen is dit zeker een boek dat je wat aangename uurtjes leesplezier kan bezorgen.

Uitgeverij: De Bezige Bij (2022) - 364 blz.
Oorspronkelijke titel: Fear No Evil
Vertaling: Waldemar Noë

donderdag 7 maart 2024

Het zustertapijt - Lars Mytting

Het is 1903, en er zijn 22 jaren verstreken sinds dominee Kai Schweigaard terugkeerde naar Butangen met de pasgeboren zoon van Astrid Hekne in zijn armen. Jehans is volwassen, verstoten door zijn eigen familie, maar vastberaden iets van zijn leven te maken. Hij trekt graag de bergen in, de enige plek waar hij zich vrij voelt. Op een ochtend schiet Jehans een immense rendierstier en ontmoet hij een Engelse jager met wie hij een sterke verbondenheid voelt. De ontmoeting zal het leven van beiden ingrijpend veranderen en geeft Jehans de kracht om zijn lot in eigen hand te nemen.
Ondertussen wordt dominee Schweigaard gekweld door herinneringen aan Astrid maar ook aan de mysterieuze Zusterklokken van Butangen. Door zijn onbezonnenheid en jaloezie zijn deze kerkklokken ooit van elkaar gescheiden. Dat onrecht wil hij voor Astrid ongedaan maken. Hij wil de Zusterklokken weer bij elkaar brengen en het Zustertapijt vinden: het legendarische, verloren gewaande wandtapijt dat ooit geweven is door de Hekne-zusters, waarin de toekomst – ook die van Jehans en de Engelse jager – wordt voorspeld.

****

De Noorse schrijver Lars Mytting schreef met dit boek het tweede deel van wat een epische trilogie en familiesaga moet worden, de Hekne-saga. Goed om te weten is dat vorig jaar deel drie uitkwam maar het is nog wachten op de vertaling, laat ons hopen dat dit niet te lang duurt.
Het verhaal start in 1903 en dat is toch ruim 20 jaar na het eerste verhaal over de Zusterklokken. Toen deden langzaam de eerste moderne veranderingen hun intrede en in dit verhaal worden ze verder doorgezet. Niet evident want er is nog steeds veel aandacht voor geloof en bijgeloof en vele dingen worden toch nog op de aloude manier gedaan. In Het zustertapijt wordt er een grotere tijdspanne belicht en het was echt heel boeiend om te lezen hoe de moderne tijd voet aan de grond krijgt. Er heerst zoveel armoede en er moet zo hard gewerkt worden onder vaak erbarmelijke sociale en weerkundige omstandigheden dat de bevolking en zeker diegenen die in pachtdienst werken de veranderingen met open armen ontvangen en zelfs in opstand durven komen. Je kan ook niet anders dan onder de indruk zijn van de doortastendheid en ondernemingsgeest van sommigen maar zeker ook van de solidariteit. Interessant thema dat Lars Mytting zeer levendig en boeiend beschreven heeft.
Jehans Hekne is ditmaal het hoofdpersonage, hij is de overlevende zoon van Astrid Hekne uit De zusterklokken. Jehans mag dan wel een Hekne zijn maar hij wordt niet zo behandeld en woont bij een ouder echtpaar nadat hij in zijn eerste jaren bij dominee Kai Schweigaard woonde. Daar kreeg hij schoolse vorming maar nu moet hij de handen uit de mouwen steken op het pachtboerderijtje Halvfarelia en zodoende ook voor de Hekne-boerderij.
De auteur heeft hierrond een mooi verhaal geweven dat geen minuut verveelt, het is vlot geschreven en zijn regelmatig interessante plotwendingen die soms zelfs spannend zijn en af en toe van romantische aard. Het boek heeft daardoor een hoog roman-gehalte maar dat valt te appreciëren aangezien er ook genoeg historische en andere elementen in verweven zijn. De streek, tijdsgeest en de personages komen helemaal tot leven net zoals al het geval was in De zusterklokken. De uitwerking van de personages was wat minder maar geen gemis in het boek.
Lars Mytting is absoluut een goed verhalenverteller en dit tweede deel is een heel erg goed vervolg van het eerste boek. Het was dan ook een boeiende tijdsperiode, elektriciteit die zijn intrede doet, de Grote Oorlog en aansluitend de Spaanse griep, de langzame ontvoogding van pachtboeren en vrouwen die van zich laten horen en opkomen voor hun rechten. En daarnaast zijn er nog mythische elementen in het boek verweven wat het geheel alleen maar rijker maakt. De zusterklokken-trilogie mag er beslist wezen, het wordt uitkijken naar het derde deel.

Uitgeverij: Atlas (2022) - 431 blz.
Oorspronkelijke titel: Hekneveven (2020)
Vertaling: Paula Stevens

dinsdag 27 februari 2024

Het zwarte boek van de uren - Eva García Sáenz de Urturi

Mijn naam is Unai. Ze noemen me Kraken.
Jouw jacht eindigt hier. De mijne begint...
Vitoria, 2022. Voormalig inspecteur Unai López de Ayala – alias Kraken – krijgt een anoniem telefoontje dat alles wat hij weet over zijn familie zal veranderen. Hij heeft een week de tijd om het legendarische Zwarte boek van de uren te vinden, een exclusief bibliografisch juweel, en dan zal zijn moeder niet sterven. Zijn moeder, die al tientallen jaren op het kerkhof rust. Hoe is dit mogelijk? Er volgt een race tegen de klok tussen Vitoria en Madrid om het belangrijkste criminele profiel van zijn leven op te stellen, een profiel dat het verleden voor altijd kan veranderen.

***

Eva García Sáenz de Urturi bracht haar eerste boek uit in eigen beheer in 2012 en ondertussen is ze aan haar negende toe. In Nederlandse vertaling zitten we aan 6 boeken waaronder de succesvolle trilogie van De witte stad, aansluitend nog 2 thrillers met hetzelfde hoofdpersonage Unai López de Ayala en een standalone. Garcia werd geboren in Vitoria waar ze tot haar vijftiende woonde en hier speelt zich ook dit boek dus af, ze schrijft dus met kennis van zaken.
Het verhaal is opgebouwd door middel van twee verhaallijnen waarvan de grootste zich in het heden afspeelt, 2022. Unai krijgt een raar telefoontje, zijn moeder in ruil voor het Zwarte Getijdenboek maar zijn moeder stierf bij de geboorte van zijn broer. Kort daarvoor was er een boekhandelaar vermoord, de bekendste antiquaar uit het noorden van het land en dit lijkt Unai wel heel toevallig, hij vraagt zich af of er een verband is. Inspecteur Estíbaliz, voormalig collega van Unai is belast met het onderzoek maar Unai López de Ayala richt zich voornamelijk op de zoektocht naar dat oude boek waar zo goed als niemand al van gehoord had om een vrouw te redden die mogelijks zijn moeder is. Deze hedendaagse verhaallijn is niet zo boeiend ook al zit het wel goed in elkaar zoals verder in het boek blijkt. Er zit weinig samenhang in, er is geen team om de misdaad op te lossen en de karakters zijn slecht uitgewerkt, niet in feite.
Het interessantste is de tweede maar kleinere verhaallijn die zich ontwikkelt vanaf 1972 en waar we kennismaken met Ítaca Expósito en dit is wel een boeiend en uitgewerkt personage. Het rare aan dit deel is dat het verteld wordt in de je-vorm en dat is best wennen.
Het zwarte boek van de uren is zeker wel een thriller maar een deel van het boek leest als een roman. Ik kreeg echter de indruk dat de auteur het voornamelijk over de wereld van de bibliofilie wilde hebben en zodoende heeft het ook wel iets van een non-fictie boek. De auteur hanteert zelfs af en toe een belerende toon. Je leert zowat alles over incunabelen of wiegedrukken, facsimile's (replica's van een handschrift of oude druk) en de wereld van de handel in deze oude boeken en geschriften. Zelfs het maken van ervan wordt uitgebreid beschreven. Ik moet zeggen dat dit allemaal best wel heel interessant was en zo hebben we zeker weer wat bijgeleerd en weet je waar op te letten moest je eens een museum willen bezoeken.
Het zwarte boek van de uren is wat betreft opbouw en verhaallijn toch wat ondermaats op het saaie af zelfs. Meer naar het einde toe herpakte de auteur zich en werd het zowaar nog spannend, ze slaagde er zelfs in om er nog wat verrassingen in te steken. Het kon het boek niet helemaal redden maar genoeg om er toch een beetje een voldaan gevoel aan over te houden. Vooral de informatie over de wereld van de eerste gedrukte boeken die zich situeert rond de tweede helft van de 15e eeuw was boeiend en leerrijk. Het kleine wereldje van de verzamelaars hiervan heeft de auteur ook goed beschreven. Zodoende net genoeg voor een derde ster.

Uitgeverij: A.W. Bruna (2020) - 315 blz.
Oorspronkelijke titel: El Libro Negro de las Horas
Vertaling: Pieter Lamberts

vrijdag 23 februari 2024

De winterkinderen - Lulu Taylor

Met de geboorte van de tweeling Bea en Stan is de kinderwens van Olivia en Dan Felbeck na jaren eindelijk uitgekomen. Dan verliest Dan zijn baan en biedt zijn oudste vriendin Francesca hun huisvesting aan. Haar schatrijke echtgenoot heeft net Renniston Hall gekocht, een gigantisch, eeuwenoud landhuis dat ooit een chique kostschool was. Dan en Olivia mogen gratis in een opgeknapte vleugel wonen tijdens de renovatie.
Dan en Olivia zijn blij met het aanbod, tot Francesca zelf ook in Renniston Hall arriveert - en ze is niet van plan om weg te gaan. Wat is er tijdens hun studententijd precies voorgevallen tussen Dan en Francesca? En wat is haar relatie tot de kinderen? Olivia begint zich af te vragen hoe goed ze Dan eigenlijk kent, en of hun perfecte leven niet gebaseerd is op een grote leugen. En ook Renniston Hall heeft geheimen, en begint die langzaam prijs te geven...

**

Lulu Taylor vertoefde met haar ouders veelal in het buitenland maar keerde terug naar Engeland om haar school af te maken. Ze studeerde Engels aan de universiteit van Oxford en werkte bij een uitgeverij voor ze zelf schrijver werd. Ze schreef enkele romans en later psychologische thrillers, The Winter Children (De winterkinderen) maakte haar bekend.
Dit boek staat dus inderdaad onder de categorie thrillers & spanning, maar dit kan ik helemaal niet onderschrijven. Voor mij was dit een gewone roman en als er niet dat kleine beetje spanning had ingezeten, zou ik het zelfs als een feelgood durven catologiseren.
Plot-gewijs kon het verhaal mij ook al niet bekoren. Er zat veel, heel veel herhaling in en het klopte allemaal niet zo in mijn ogen. Het verhaal had dus niet zo veel om het lijf en voorspelbaar ook. Het is echter wel vlot geschreven.
Het einde, de epiloog vond ik wel knap en mooi, hij toonde een maatschappelijke betrokkenheid die ik in de rest van het boek miste. De winterkinderen is als thriller beneden alle peil en als roman ook ondermaats.

Uitgeverij: Meulenhoff Boekerij (2016) - 396 blz.
Oorspronkelijke titel: The Winter Children
Vertaling: Yolande Ligterink

donderdag 22 februari 2024

De levende berg - Nan Shepherd

De Schotse bergwandelaar, onderwijzeres en dichter Nan Shepherd bracht haar leven door op zoek naar de essentie van natuur in de Cairngorms - een adembenemend mooie, maar onheilspellend ruige bergketen in de oostelijke Schotse Hooglanden. Haar levenslange zoektocht leidde tot het schrijven van deze klassieke bespiegeling over de bergen en onze fantasierijke relatie met die woeste wereld.
Shepherd schreef De levende berg tijdens de Tweede Wereldoorlog, maar liet het manuscript liggen, totdat het in 1977 werd gepubliceerd en direct werd erkent als een meesterwerk.

*****

Anna (Nan) Shepherd (1893-1981) is geboren en getogen aan de voet van het Schotse hoogplateau van de Cairgorms. Ze studeerde in 1915 af aan de University of Aberdeen, doceerde Engels aan Aberdeen College of Education tot 1956, ontving in 1964 een eredoctoraat van de universiteit van Aberdeen en sinds 2016 siert haar portret het biljet van vijf pond van de Royal Bank of Scotland, best speciaal toch. Ze schreef drie romans en een dichtbundel maar daarna kreeg ze geen letter meer op papier. Tot ze in de laatste jaren van de Tweede Wereldoorlog haar ervaringen en wandelingen in de Cairngorms opschreef, The Living Mountain, een poging om de berg te doorgronden zegt ze zelf in het boek. Het werk raakte echter niet gepubliceerd en verdween in een la, tot ze het uiteindelijk terugvond bij het opruimen en het uiteindelijk toch gepubliceerd raakte, het werd meteen haar bekendste werk.
Recent las ik De oude wegen van Robert Macfarlane en hij gaf heel wat aandacht aan Nan Shepherd en haar boek waardoor het in mijn vizier gekomen was. Mijn interesse was meteen gewekt. Macfarlane schreef trouwens een uitgebreide inleiding in de heruitgave van De levende berg vanaf 2014.
Shepherd heeft haar passie voor het Cairngorm Mountains subliem weten over te brengen in dit werk, de liefde voor dit gebergte spreekt uit elke zin, elk woord en neemt de lezer mee hierin. Je wandelt als het ware mee doorheen dit ruig gebied met zijn sneeuw en plots opstekende winden of mist, zijn vele meren en rivieren, dieren en planten. In het boek zijn er 12 hoofdstukken die elk een deeltje belichten van deze veelzijdige bergketen en ze spreken allemaal tot de verbeelding. Af en toe vertelt ze ook wat anekdotes die het geheel opfleuren. Samen met haar zie je de overweldigende schoonheid van de streek in al zijn seizoenen. Het is wel een harde en zeer ruige streek die niet altijd vriendelijk is en zelfs heel wat mensenlevens geëist heeft.
Ik was absoluut onder de indruk van de manier waarop Nan Shepherd haar gebergte verwoord heeft, ze heeft hem door haar woorden tot leven gebracht tijdens het lezen. In feite zou je dit boek af en toe eens moeten vastnemen en een stukje lezen, er valt waarlijk veel te ontdekken in dit toch wel dunne boekje en een groot deel ontging me waarschijnlijk. Er zitten ook filosofische delen in die je zeker tot nadenken stemmen.
De levende berg is absoluut een aanrader, en zeggen dat het 80 jaar geleden geschreven werd. Het is bijna ondoenbaar om juist te zeggen hoe Shepherd het gebergte ziet, je leest daarvoor beter zelf het boek. Een wonderlijk goed boek dus, over de natuur in het Schotse gebergte, filosofisch en gevoelig, én mooi, alleen die cover al. Een boek over 'verwondering'.

Uitgeverij: Uitgeverij De Arbeidspers (2020) - 176 blz. (7-36 inleiding van Robert Macfarlane, 167-176 nawoord van Jeanette Winterson)
Oorspronkelijke titel: The Living Mountain (1977)
Vertaling: Pauline Slot

maandag 19 februari 2024

De belofte - Damon Galgut

Een meesterlijke familiegeschiedenis tegen de achtergrond van het veranderende Zuid-Afrika
Kort voor haar overlijden dwingt Amor Swarts moeder haar man een belofte af. Het jonge meisje is daarvan een stille getuige: hun zwarte hulp, Salomé, zal haar eigen huis krijgen, als dank voor jarenlange trouwe dienst. Amors vader heeft echter zijn eigen prioriteiten en de belofte wordt niet ingelost. Na zijn dood ontstaan nieuwe kansen, maar Amors broer en zus gaan hun eigen weg en blijven zich verzetten: Anton is lafhartig en maakt geen keuzes, Astrid is gefocust op haar eigen gewin. Amor blijft achter met een sluimerend schuldgevoel. Kan zij nog iets uitrichten of is het daarvoor te laat?

***

De Zuid-Afrikaans schrijver Damon Galgut (1963) schreef op zijn zeventiende zijn eerste boek dat in 1982 uitkwam en The Promise is zijn negende en laatste boek tot nu toe. Hij schreef ook enkele theaterstukken en boekvertalingen. Galgut schrijft met succes, hij werd vaak genomineerd en bekroond. De goede dokter won de Commonwealth Writers Prize en stond op de shortlist van de Booker Prize. Met De belofte uit 2021 won hij deze. Zijn werk wordt in vele landen vertaald.
De auteur zegt in een interview:
"Ik schrijf niet om mensen te entertainen. Ik schrijf zelfs niet om mijzelf te entertainen. Ik wil iets doen wat ik nog niet eerder heb gedaan. In zekere zin schrijf ik een boek om te ontdekken waarom ik het schrijf. Waarom fascineren de personages me? Waar voeren ze me heen? Ik werk van duisternis naar helderheid, van onbewust naar bewust."
En zo ervaar je het boek ook. De auteur schrijft alsof het verhaal zich aan hem opdringt en hij zegt het ook regelmatig zo ongeveer in het boek. Zo zegt hij over de havenloze man aan de kerk "Hoe heeft hij met zijn verhalen onze tijd kunnen verspillen", alsof hij dit verhaal moést schrijven ook al wilde hij dit niet. En zo zijn er nog momenten in het boek. Anton, de oudste broer van Amor poogt in het boek zelf een boek te schrijven. Aan de hand hiervan laat de auteur ook weten hoe hij het proces van boeken schrijven ervaart. Een ietwat speciale manier van schrijven maar wel interessant.
De opbouw van alinea's en delen getuigen hier ook van. Er zijn vier grote delen in het boek die elk de naam van één van de hoofdpersonages als titel dragen. En er zit een systeem in, een soort van continuïteit, maar deze ga ik niet prijs geven, de lezer ontdekt het zelf snel genoeg. Het was in ieder geval een mooie constructie. Wat vooral eigenaardig was aan de schrijfstijl is dat de auteur niet echt meedoet aan alinea's en hoofdstukken. Deze laatste zijn er al helemaal niet in te vinden, enkel de vier delen vormen een soort van hoofdstukken, grote dan wel. Maar wat betreft alinea's is de bijzonderheid dat het perspectief kan veranderen zelfs binnen 1 alinea. Zo lopen gesproken tekst, conversaties en gedachtengangen gewoon door elkaar, aan aanhalingstekens doet de auteur niet, ook de ik-persoon verandert soms en het is niet altijd dadelijk duidelijk wie deze is. Als je aandachtig aan het lezen bent, heb je dit vaak niet door, de auteur is er in geslaagd om er toch een vloeiend geheel van te maken, dat is bijna een kunst op zijn eigen.
Het boek omvat een heel tijdperk uit de Zuid-Afrikaanse geschiedenis van 1986 in deel 1 tot 2018 in het laatste vierde deel. Op die manier lezen we een stukje geschiedenis en probeert de auteur de veranderende positie van een witte familie hierin te beschrijven. Maar het verhaal gaat toch voornamelijk over een uiteenvallende familie waarin de de vijf gezinsleden zeer verschillend zijn en van elkaar vervreemd zijn geraakt.
De rode draad is de belofte van de vader aan de moeder op haar sterfbed maar het verhaal gaat daar niet over, het is wel de kapstok waarrond het verhaal geweven is. Ook religie speelt een beetje een rol, er passeren een paar soorten doorheen het boek, elk familielid heeft precies wel een andere religieuze insteek en dat is op zijn best raar te noemen. Er zitten ook enkele bovennatuurlijke elementen in, zéér te appreciëren, toch door mij. De belofte is dus een verhaal over familiebanden, over een veranderende maatschappij, politiek en economisch gezien maar ook over persoonlijk en zelfs lichamelijk veranderingen die optreden naarmate het ouder worden.
De belofte is een zeer veelzijdig boek dat dan ook nog op een aparte manier geschreven is. Dit was zeker een aangename verrassing en goede kennismaking met deze auteur. Af en toe was er zelfs wat humor in te bespeuren, ook al een verrassing in de positieve zin. Lang dacht ik het boek te quoteren met vier sterren maar naar het einde toe veranderde dit. Het verhaal viel stil en het herhaalde zich toen ook wel wat en dus eindigde ik op drie sterren. Niettemin ben ik geïntrigeerd geraakt door de schrijver.

Uitgeverij: Querido (2021) - 318 blz.
Oorspronkelijke titel: The Promise
Vertaling: Rob van der Veer

maandag 12 februari 2024

De spiegel van ons verdriet - Pierre Lemaitre

April 1940. Louise, een dertigjarige serveerster, rent naakt en bebloed over de Boulevard du Montparnasse - ze zag zojuist met eigen ogen hoe haar minnaar zich van het leven beroofde. Deze tragische scène lijkt op zichzelf te staan, maar is de opmaat tot de tumultueuze weken in Frankrijk aan het begin van de oorlog. Het Duitse leger rukt op naar Parijs en een exodus van burgers en militairen, onder wie de brave Gabriel en zijn onbetrouwbare maat Raoul, komt halsoverkop op gang. De Franse bevolking raakt volledig in paniek en het land zakt weg in een totale wanorde door de incompetente regering en legerleiding. Te midden van de chaos waarin opportunisten als meesteroplichter Désiré goed gedijen, ontdekt Louise in een kapel de geheimen uit haar verleden die uiteindelijk haar toekomst zullen bepalen.

***

Pierre Lemaitre is een Franse schrijver en scenarist en niet zonder succes. In 2006 debuteerde hij met zijn eerste thriller en viel meteen in de prijzen. Au revoir là-haut (Tot ziens daarboven) wordt als zijn belangrijkste werk beschouwt, hij ontving er in 2013 de Prix Goncourt voor. Dit was het eerste deel in zijn trilogie rond de twee wereldoorlogen.
De spiegel van ons verdriet is het derde deel en speelt zich af in 1940 vlak voor en tijdens de inval van het Duitse leger in Frankrijk. Het hoofdpersonage Louise leerden we als kind kennen in het eerste boek in de trilogie waar ze een zijdelings personage was. Nu is ze dus een volwassen vrouw.
Lemaitre heeft deze periode uit de Franse geschiedenis goed weergegeven en het was boeiend. Hij heeft dit gedaan aan de hand van vier verhalen waarvan het verhaal van Louise het eerste is. Daarnaast lezen we de het verhaal van twee militairen Gabriel en Raoul, 2 totaal verschillende personages die elkaar niet kunnen luchten maar uiteindelijk noodgedwongen samen op pad gaan nadat hun eenheid overrompeld werd door de Duitse invasie en zelfs vrienden worden. En dan is er nog Désiré oplichter eerste klas. Zijn verhaal dient hoofdzakelijk het historische deel van het boek, door zijn oplichterspraktijken kan hij immers in verschillende huiden kruipen, interessante constructie van de auteur om de historische context uitgebreid te kunnen vertellen. En als laatste zijn er Fernand, lid van de mobiele brigade en zijn vrouw Alice. Fernand krijgt de opdracht om de evacuatie van gevangenen uit de militaire gevangenis van Cherche-Midi te begeleiden naar het zuiden wegens het oprukken van het Duitse leger, zijn vrouw stuurde hij reeds weg uit Parijs naar zijn zus.
Het zijn nogal korte hoofdstukken doorheen het boek en het was telkens even terug inlezen in het verhaal. Her en der komen de verschillende verhalen samen om dan aan het einde echt helemaal samen te komen. Hoe sterk de historische gebeurtenissen en de verhalen hierrond ook zijn, de persoonlijke verhaallijnen komen gekunsteld over en het einde al helemaal.
Als historische roman was De spiegel van ons verdriet een mooi boek maar het fictieve deel viel me dit keer dus veel minder mee. Het las vlot en had een goede plot maar was weinig verrassend en soms zelfs wat ongeloofwaardig. Van de trilogie is dit het minste deel maar niettemin aangenaam om te lezen. Het moet wél gezegd dat het verhaal zelf soms actueel klinkt, Lemaitre is absoluut een goede verteller én eentje met humor.

Uitgeverij: Xander Uitgevers (2020) - 442 blz.
Oorspronkelijke titel: Miroir de nos peines
Vertaling: Andreas Dijkzeul

dinsdag 6 februari 2024

Het beest - Carmen Mola

Madrid, 1834. De Spaanse stad barst uit zijn voegen en gaat bovendien gebukt onder een vreselijke cholera-epidemie. Maar dat is niet het enige dat de inwoners vrezen. Er sluipt een meedogenloze moordenaar door de straten, die het voorzien heeft op jonge meisjes en al snel de bijnaam ‘het Beest’ krijgt. De veertienjarige Lucía loopt hem tegen het lijf tijdens een van haar strooptochten en vanaf dat moment maakt hij jacht op haar.
Als het Beest haar zusje ontvoert, begint voor Lucía een verwoede race tegen de klok. Ze vindt onverwachte bondgenoten in een eenogige politieagent en een onverschrokken journalist, maar het is maar de vraag of die haar kunnen helpen. Lucia belandt in een complot van geheime genootschappen, bijgeloof, gruwelijke rituelen en politieke samenzweringen waar ze uit moet ontsnappen voor het te laat is…

****

Het trio dat schuilgaat onder het pseudoniem Carmen Mola heeft nu na het beëindigen van de trilogie rond Elena Blanco een vierde thriller uitgebracht en het is een historische thriller geworden. Hiermee hebben ze dus niet alleen een spannend verhaal geschreven dat ongelooflijk filmisch leest, maar hebben ze ook een stuk geschiedenis gebracht, het verhaal speelt immers in het 19e-eeuwse Madrid.
En dit hebben ze absoluut met verve gedaan, ze hebben de periode echt wel tot leven gebracht in dit boek. Het was politiek gezien een woelige periode door de eerste Carlistenoorlog maar de bevolking had ook heel erg te lijden onder de cholera-epidemie waardoor dan ook nog eens opstanden uitbraken. Je komt heel wat te weten over hoe het leven in deze stad was en vooral hoe de bevolking omging met deze epidemie, er was nog bitter weinig geweten over de ziekte. De geneeskunde stond maar aan het begin van wetenschappelijke ontdekkingen en het was dus vaak nog een trial-en-error. De schrijvers hebben er toch enkele wetenschappelijke bevindingen in verwerkt zoals bijvoorbeeld hoe arsenicum opgespoord werd toentertijd. Bijgeloof tierde welig en ook dit krijgen we te lezen.
Het boek heeft een heel erg goede plot met zelfs enkele zeer verrassende plotwendingen. De zoektocht naar een seriemoordenaar is meestal sowieso spannend, zeker als het dan een race tegen de klok wordt. Lucía is een geweldig personage waar je niet anders dan sympathie voor kunt hebben maar ook de andere hoofdpersonages zijn knap bedacht.
Spannend dus maar toch is het verhaal niet altijd even vlot, soms hapert het en is het van de trage kant en er zijn wat herhalingen die vertragend werken. En als ik nog één ding moet zeggen, is dat het verhaal dus inderdaad zeer filmisch is maar ook wel wat onrealistisch, de auteurs gaan zich nogal eens te buiten aan onmogelijke ontsnappingen.
Het beest is historisch gezien een heel interessant en boeiend boek en het heeft een spannende en verrassende plot. Zeker een aanrader.

Uitgeverij: Xander Uitgevers (2023) - 448 blz.
Oorspronkelijke titel: La Bestia
Vertaling: Alyssia Sebes, Annet van der Heijden, Willem Hoogendoorn

dinsdag 30 januari 2024

De oude wegen - Robert Macfarlane

Mensen laten net als andere dieren sporen na; paden die in de loop der tijden door menselijke voeten, karrenwielen, paarden, ezelshoeven en door regen, ijs en wind zijn uitgesleten. Een voetafdruk van menselijk leven in het landschap. Macfarlane volgt deze paden en spoort de verhalen op die ermee verbonden zijn. Het is de derde keer dat Robert Macfarlane ons meeneemt op zijn tochten door de natuur. In Hoogtekoorts onderzocht hij de menselijke fascinatie voor huiveringwekkende bergtoppen, in De laatste wildernis ging hij op zoek naar de ongerepte natuur in Engeland en Ierland. In De oude wegen, het laatste deel van het drieluik, richt Macfarlane zijn zoektocht juist op de door mensen betreden natuur.

Robert Macfarlane (1976) is Brits auteur en docent aan het prestigieuze Emmanuel College van de universiteit van Cambridge. Hij schrijft onder ander voor de Observer en The Times Literary Supplement en in 2003 debuteerde hij dan met zijn eerste boek Mountains of the Mind: A History of a Fascination (Hoogtekoorts) en waarmee hij prijzen won, het boek werd ook verfilmd door de BBC. Hij schrijft hoofdzakelijk over de schoonheid en kracht van de natuur en landschappen in relatie tot mensen en taal.
Het boek is opgebouwd aan de hand van drie grote delen met in totaal 16 hoofdstukken en elk gaat dan over een specifieke voetreis, een groot deel ervan in Engeland en Schotland maar er zitten ook enkele andere landen bij zoals de Westelijke Jordaanoever van Palestina, Tibet en zelfs een zeeweg. Vooral het pad dat hij in het hoofdstuk "Slib" beschrijft, heeft een diepe indruk nagelaten op mij: The Broomway, deze bevindt zich ín de zee in Essex ten oosten van Londen en is ook bekend als Britain's Deadliest Footpath.
Macfarlane is zelf een gepassioneerd wandelaar en hij heeft hierrond heel wat gelezen. Zo duikt hij in de geschriften van andere wandelaars en wandelt hij meer dan eens in hun voetsporen. We krijgen hun verhalen te lezen en dat was echt wel heel erg boeiend. Hij heeft onder andere een boontje voor de poëet Edward Thomas (1878-1917), kunstschilder Eric Ravilious (1903-1942) en de Schotse schrijfster Nan Shepherd (1893-1981) die vooral bekend werd om haar baanbrekende bergmemoires ergens uit de jaren 1940, The Living Mountain (De levende berg).
De oude wegen is absoluut geen reisgids, de auteur beschrijft zijn wandelingen en ervaringen maar het zijn meer zijn mijmeringen en gedachten waar het om gaat en het is soms bijna filosofisch. Uit zijn woord vooraf:
Het is een onderzoek naar de geesten en de stemmen die op oude paden rondwaren, naar de verhalen die ze in zich dragen en vertellen, naar pelgrimages en erfvredebreuk, naar gezongen routes en degenen die ze zingen, en naar de vreemde continenten die er binnen landen bestaan. Bovenal is het een boek over de mens en zijn omgeving: over lopen als een verkenning van het innerlijk en over de subtiele manier waarop we zijn gevormd door de landschappen waar we ons doorheen begeven.
Er zitten ook heel wat weetjes in het boek die ook al zo goed lezen. Wat ontbreekt zijn kaarten, maar je raakt zó geïntrigeerd door de wandelbeschrijvingen dat je sowieso toch zelf je licht opsteekt op mister Google en Google Maps, zie je ineens wat foto's van de gebieden. Zijn beschrijvingen spreken echt wel tot de verbeelding zodat je niet anders kan. Mijn wereld is alleszins erg verruimd door dit boek.
Dit was nu zo een non-fictie boek dat bijna even vlot leest als een fictie boek. Het is immers geweldig goed geschreven, het blijft boeiend en je steekt er enorm veel van op. Het is het derde deel van een drieluik dat heel goed apart te lezen is maar je zeker wel doet uitkijken naar de twee andere delen, mocht je ze nog niet gelezen hebben zoals ik. De oude wegen is dus een ware ontdekking en verrassing gebleken en absoluut een aanrader. Ik ben alleszins helemaal onder de indruk van dit boek.

Uitgeverij: De Bezige Bij (2013) - 393 blz. (395-464 Glossarium, Noten, Beknopte bibliografie, Dankwoord en Register)
Oorspronkelijke titel: A Journey on Foot
Vertaling: Nico Groen en Marijke Versluys

woensdag 24 januari 2024

De volksjury 2 - Silke Vandenbroeck & Laura Scheerlinck

Hoe maak je een plaats delict schoon na politieonderzoek? Hoe herken je een psychopaat? Zijn honden betere speurders dan mensen? En hoe ga je om met het feit dat je iemand hebt gedood?
Laura Scheerlinck en Silke Vandenbroeck van de bekende podcast De volksjury gaan in dit tweede deel opnieuw op zoek naar antwoorden op de meest prangende vragen van true crime addicts. En dat doen ze op hun kenmerkende verfrisssende manier: als armchair detectives spitten ze 20 geruchtmakende misdaadverhalen tot in de puntjes uit. Daarbij krijgen ze de hulp van verschillende experten die hen met raad en daad bijstaan.

***

Laura Scheerlinck en Silke Vandenbroeck vormen samen De volksjury, dit is de zéér populaire podcast over waargebeurde misdaadverhalen. Zij schuimen hiervoor het internet af, lezen boeken en bekijken films en documentaires om aan hun informatie te komen die ze dan op hun eigen grappige manier brengen, mét een flesje cava erbij om het helemaal af te maken. Sinds ze eind 2017 hun eerste aflevering online gooiden, is hun populariteit alleen maar gestegen. Ze worden gevraagd in talkshows, in radiostudio's en zelfs een enkele keer in het Nieuws. Ondertussen geven ze ook nog live-shows die vaak uitverkocht zijn. En nu hebben ze dus hun tweede De volksjury-boek uit.
Ditmaal behandelen ze 20 zaken en deze zijn nu nog meer dan in hun eerste boek, ondersteund door interviews met heel wat experten. En het moet gezegd dat deze inzichten heel erg boeiend en interessant waren en er zitten zelfs enkele wist-je-datjes in. Ze hebben ze ook net iets beter verwerkt doorheen de misdaadverhalen zodat er binnen een hoofdstuk toch een soort van continuüm is. Tussen de hoofdstukken is dit nog altijd niet het geval. Nu weet ik dat ze ieder hun deel van de hoofdstukken schrijven en zodoende staat elk hoofdstuk nog op zichzelf. Persoonlijk vind ik dit een minder geslaagde aanpak.
Zoals in de vorige review al zei, ben ik echt wel fan van hun podcast, de misdaden die ze brengen zijn vaak boeiend, er zitten speciallekes tussen en ze brengen het op hun eigen natuurlijke wijze alsof je bij hun in de kamer zit, hun spontaniteit is een zeer grote troef van de podcast. Zelfs de reclame die ze zelf brengen, want ja die zit er sinds een tijdje ook in, is leuk gebracht, je zou zomaar naar de winkel hollen of een bestellingske plaatsen. Regelmatig zit ik dan ook te lachen om wat ze zeggen en de manier waarop ze dit doen.
Maar ik zei toen ook dat ik dit niet terugvind in het boek en dit is bij dit boek ook het geval. De podcast is zo goed omdat er interactie is tussen hun beide en dit mis je dus in de boeken. De verhalen zelf zijn, hoe interessant ook, vaak droog verteld, ze doen wel hun best om er die spontaniteit in door te trekken maar daar zijn ze slechts summier in geslaagd.
Al bij al is hun tweede boek net ietsje beter om lezen dan het eerste omwille van de stukken met de experten. Deze waren echt wel boeiend en heb ik graag gelezen. Het boek leest heel erg vlot en gemakkelijk maar is dus ook nu geen meerwaarde, Laura en Silke blijven echter wel top als gastvrouwen van de podcast.
Eerder: De volksjury

Uitgeverij: Borgerhoff & Lamberigts (2022) - 199 blz.

maandag 22 januari 2024

De handlanger - Steve Cavanagh

Getrouwd zijn met een seriemoordenaar is dodelijk
Daniel Miller, alias de Zandman, vermoordde veertien mensen voordat hij spoorloos verdween. Zijn vrouw Carrie staat nu terecht als zijn handlanger. De FBI, de officier van justitie en de media - iedereen in Amerika gelooft dat ze ervan wist én zelfs hielp om zijn gruweldaden te verbergen.
Eddie Flynn is echter zeker van Carrie's onschuld, dus het is aan hem om de jury en de rest van de wereld te overtuigen dat Carrie Miller zelf ook een slachtoffer is van de zandman.
Nu zijn vrouw een levenslange gevangenisstraf boven het hoofd hangt, komt de Zandman tevoorschijn. Hij zou een moord doen om haar te beschermen, en dat betekent dat elke betrokkene bij de zaak een doelwit is. Zelfs Eddie Flynn...

*****

Steve Cavanagh studeerde rechten in Dublin en werkte als mensenrechtenadvocaat tot hij fulltime schrijver werd. De handlanger is zijn zevende Eddie Flynn-thriller die ook nu weer als een trein leest, een sneltrein wel te verstaan.
Het advocatenteam van Flynn neemt alleen zaken aan waarvan ze geloven dat de beklaagde onschuldig is en het is ook nu weer een hele klus om toch maar een bres te slaan in het bewijsmateriaal en de getuigenissen van het Openbaar Ministerie. Ze worden ook flink tegengewerkt en dat de moordenaar terug actief wordt, helpt ook al niet.
Het is in feite zo een beetje het recept in al Cavanagh's boeken en toch weet hij er steeds opnieuw een super spannend verhaal van te maken. Hij heeft in dit boek een plot uitgedokterd om van te smullen, en naar het einde toe tovert hij dan nog enkele geweldige plotwendingen uit zijn hoed, verrassend! De rechtbank scènes waren trouwens ook weer echte pareltjes, iets om elke keer naar uit te kijken, ze stellen echt nóóit teleur.
Cavanagh is en blijft een topschrijver, voor een spannende en filmisch geschreven thriller zit je altijd goed bij hem. Top personages, geweldige rechtbankscènes en een steengoed verhaal mét verrassingen doen de rest. Puur leesplezier!

Uitgeverij: Luitingh-Sijthoff (2023) - 331 blz.
Oorspronkelijke titel: The Accomplice
Vertaling: Fons Oltheten

woensdag 17 januari 2024

De lachende man - Victor Hugo

De roman schildert de schrijnende sociale tegenstellingen in het aristocratische Engeland van rond 1700, aan de hand van het meeslepende levensverhaal van Gwynplaine, De Lachende Man. Dat verhaal begint op een ijskoude winteravond op de woeste, verlaten kust van Portland, waar een gezelschap zich haastig inscheept en een tienjarige jongen achterlaat. Samen met het blinde meisje Dea dat hij uit de opstekende sneeuwstorm redt, wordt hij opgenomen in de woonwagen van de excentrieke misantroop Ursus, filosoof, komediant en heelmeester, die door Engeland trekt met zijn tamme wolf Homo. Als klein kind heeft Gwynplaine een operatie ondergaan waardoor er permanent een monsterlijke lach op zijn gezicht ligt, wat van het drietal later een succesvol reizend toneelgezelschap maakt. Tot in een aangespoelde fles een brief wordt gevonden die onthult wie Gwynplaine eigenlijk is en hem in een duizelingwekkende gewetensstrijd stort...

***

Victor Hugo (1802-1885) is een Franse schrijver uit het midden van de 19e eeuw die we vooral kennen van zijn romans Notre-Dame de Paris (De klokkenluider van de Notre-Dame) uit 1831 en Les Miserables uit 1862 en van de vele verfilmingen ervan. Zelf beschouwde hij zijn in 1869 verschenen roman L'Homme qui Rit (De Lachende Man) als het beste dat hij ooit had geschreven. In 2012 werd deze voor de vierde maal verfilmd en een jaar later verscheen dan de Nederlandse vertaling door de hernieuwde belangstelling - ik kan me voorstellen dat dit een huzarenstuk moet geweest zijn, de vertaalster werkte er 3 jaar aan en het moet gezegd dat ze het geweldig gedaan heeft. Victor Hugo schreef naast romans ook gedichten, toneelstukken, essays en politieke toespraken en hij liet ook een uitgebreide briefwisseling na. Voor wie geïnteresseerd is in de schrijver is er een zeer uitgebreid Wikipedia-artikel te vinden.
Dat Victor Hugo literair en politiek actief is, is te merken in De lachende man, doorheen het boek zijn er filosofische traktaten te lezen en aan het einde zelfs politiek toespraken. De maatschappelijke bekommernis van de auteur is doorheen heel het boek te vinden en het is vaak een felle aanklacht tegen het hele maatschappelijke en monarchale systeem. Hugo schreef het boek 150 jaar geleden en het speelt zich dan nog eens 150 jaar eerder af. En het moet gezegd dat het soms zelfs actueel klinkt, het zou zich zomaar heden ten dage kunnen afspelen met een juiste setting.
Victor Hugo doet de monarchie en het hele stelsel van lords, hertogen en peren uit de doeken en hij doet dit zeer nauwgezet. Ook hoe zij zich verhouden en gedragen tot elkaar en het volk, komt overvloedig aan bod en het zijn deze stukken die slecht lezen en veel minder interessant zijn, langdradigheid komt hier om de hoek kijken en dit was een groot minpuntje van het boek. Daar komt nog bij dat er nogal wat geschiedenis beschreven wordt in het boek en dit heeft hij nogal droog gedaan, dit bevordert het leesplezier ook niet echt.
Er was echter ook wat te lezen over het geloof en filosofische gedachten, dit was dan weer wel heel interessant en boeiend, je kunt er zelfs waarlijk wat van opsteken en zelf over beginnen te mijmeren. Dat had ik helemaal niet verwacht in dit boek en was dus een aangename verrassing. Soms waren deze monologen wel heel lang zodat een alinea soms over meerdere pagina's liep. Dit vond ik zelfs indrukwekkend, hoe je in zoveel tekst het kan hebben over één enkel ding, telkens met andere woorden en dan weer dezelfde maar dan toch net weer wat anders. Daar had ik alleen maar respect voor, ik begreep maar niet hoe de auteur er in slaagde om dit neergepend te krijgen. Het kan niet anders dan dat Victor Hugo een zeer intelligent en belezen man was, er was nogal wat woordgebruik dat ik totaal niet kende en er werd ook met Latijnse teksten gesmeten. De vele pagina's voetnoten tonen dit aan en als je zou willen, kan je hier heel wat van opsteken.
Maar het boek is toch vooral een spannende avonturenroman en liefdesverhaal dat je vaak naar de keel grijpt. Je leeft helemaal mee met de personages en er was veel liefde maar ook tragiek in te vinden. En soms was het écht wel heel spannend, het is een heel andere tijd die soms zelfs wat middeleeuws aandeed, rondtrekkende theatergezelschappen, kerkers, willekeur en martelingen.
De lachende man is een echt kunstwerk. Er waren grote delen die ik met veel plezier heb gelezen en waar het in sneltreinvaart ging. Ik heb er ook veel van opgestoken en was soms heel erg onder de indruk van Victor Hugo's schrijfkunst. Ik heb er wel dik twee weken over gedaan om het uit te krijgen. Het is nu niet zo een dun boekje en er stond heel wat tekst op 1 pagina, maar het waren toch de saaie en langdradige stukken die daarvoor zorgden. Dit is meteen ook de reden waarom ik toch slechts drie sterren toebedeel aan het boek. Ik ben echter wel heel tevreden dat ik dit historische werk en klassieker gelezen heb.

Uitgeverij: Papieren Tijger (2013) - 615 blz. (617-649 Noten)
Oorspronkelijke titel: L'Homme qui Rit
Vertaling: Tatjana Daan