donderdag 28 januari 2021

Op de vlucht - Sharon Bolton

In de heuvels tussen Engeland en Schotland maken dertien passagiers bij zonsopgang een ballonvaart. Een prachtige ervaring, tot ze op de grond een brute moord zien gebeuren. In het komende uur zal iedereen in de ballon zijn omgekomen, op één vrouw na.
Alleen en bang, terwijl ze niemand nog vertrouwt, vlucht ze voor haar leven. Op weg naar de enige plek waar ze zich nog veilig voelt. Maar ze heeft het gezicht van de moordenaar gezien - en hij dat van haar. Hij zal niet rusten tot hij de laatste getuige van zijn misdaad heeft uitgeschakeld...

****

Sharon Bolton heeft al een tiental boeken op haar naam staan en het zijn steevast spannende boeken met verrassende plots, nu dus ook.
Ditmaal is het een rasechte achtervolgings-thriller, dat kun je al uit de titel opmaken. Eén vrouw overleeft een bizar ongeluk, een luchtballon die neerstort. Zij weet dat ze achtervolgd wordt door een moordenaar en ze heeft het niet gemakkelijk om uit zijn handen te blijven, hij lijkt altijd te weten waar ze zich bevindt. Geluk? Informatie? Ze vertrouwt in ieder geval niemand meer, ook de politie niet.
Na een tijdje blijkt dat er meer aan de hand is, het verhaal krijgt een maatschappelijk relevante tint en dit zorgt ervoor dat het boek net dat ietsje meer heeft dan een gewone actiethriller. 
Bolton schrijft toch wel heel goed, ze slaagt erin om de lezer onmiddellijk in het verhaal te sleuren en vast te houden, humor brengt ze er ook in - er komt een kloosterorde van een veertigtal nonnen in voor, en deze zorgen voor enkele grappige situaties. Daarnaast zet ze haar personages heel goed neer, met mondjesmaat kom je hun achtergrond te weten via terugblikken naar het verleden. Verrassende plotwendingen zoals ik al zei, maar hier wringt het schoentje af en toe, er zijn enkele ongerijmdheden te bespeuren en die stoorden toch wel een beetje.
Op de vlucht is een zeer goede actiethriller geworden met net dat tikkeltje meer, leesplezier gegarandeerd.

Uitgeverij: A.W. Bruna (2019) - 430 blz.
Oorspronkelijke titel: Dead Woman Walking
Vertaling: Anda Witsenburg

woensdag 27 januari 2021

Ik ben er niet - Lize Spit

'Wij waren de twee scheefgezakte pilaren die, zodra je ze tegen elkaar aan deed leunen, steviger zouden staan dan één ongeschonden, op zichzelf staande pilaar ooit kon. Het zou goed komen met ons, zolang we samen bleven.'
De Brusselse Leo is tien jaar samen met haar vriend Simon. Verbonden door een moeizame jeugd, heeft het koppel weinig anders nodig dan elkaar. Tot alles kantelt: Simon komt midden in de nacht thuis en lijkt vanaf dat moment iemand anders. Langzaam valt Leo's minutieus opgebouwde bestaan uiteen, tot het punt waarop het gevaarlijk wordt.

*****

Lize Spit scoorde hoge ogen met haar eerste roman Het smelt, Ik ben er niet is haar tweede creatie en blijkbaar ook niet zonder succes. Het smelt werd genomineerd voor vele prijzen en het won o.a. de Boekhandelsprijs en de Bronzen Uil. Ook in het buitenland kent het boek succes.
Ook nu heeft ze haar boek opgebouwd aan de hand van drie tijdzones, eentje daarvan zorgt voor spanning. Deze tijdspanne bedraagt 11 minuten, en loopt af in halve minuten. Een tweede tijdzone is deze van 5 mei 2018 tot 21 februari 2019, een tien maanden dus. Deze verhaallijn vertelt de concrete aanleiding naar de spannende 11 minuten. De derde lijn zijn dan de verhalen vanaf 12 jaar geleden, het moment dat Leo en Simon elkaar leren kennen en dan samen door het leven gaan. Vrienden hebben ze zo goed als niet maar ze hebben genoeg aan elkaar, ze voelen zich verbonden door hun verleden, hun beider moeders zijn gestorven en met hun vaders hebben ze geen goede band.
De opbouw van het boek is knap gedaan, ook het verhaal zelf is heel erg goed, niet alledaags en je mag hopen het nooit mee te maken. Wat ze schrijft klinkt allemaal heel echt, een psychische ziekte komt niet uit het niets vallen maar bouwt zich gestaag op en dat heeft ze heel erg goed beschreven, alsook de relationele problemen die zich hieruit ontwikkelen, zowel tussen de partners als met collega's en vrienden. Het raakt de lezer echt wel zoals Spit dit schrijft, je kan het je zó voorstellen hoe Leo zich moet voelen, maar ook Lotte en Coen hun collega's op het werk die ook een koppel zijn.
Het is nogal een klepper van een boek en het moet gezegd dat er toch ook nogal wat herhalingen te bespeuren zijn, alhoewel ik niet kan zeggen dat ze mij stoorden. Er zijn weinig personages in het verhaal en er gebeurt niet veel, het boek moet het hebben van de psychologische uitwerking, de gevoelens van de personages. Ik kan me voorstellen dat niet iedereen hierdoor gecharmeerd is.
Ik was in ieder geval zeer onder de indruk van het boek, het kwam zeer levensecht over, had een goede en afwisselende opbouw, was spannend op een subtiele wijze en het leest heel vlot. Wat partners van psychisch zieke mensen meemaken, je kan maar hopen dat het je bespaart blijft.
Eerder: Het smelt

Uitgeverij: Das Mag Uitgevers (2020) - 570 blz.

vrijdag 22 januari 2021

Fiftyfifty - Steve Cavanagh

'911, hoe kan ik u helpen?'
'Mijn vader is dood. Mijn zus Sofia heeft hem vermoord. Ze is nog in huis. Stuur alstublieft hulp.'
De zussen Alexandra en Sofia Avellino hebben net, afzonderlijk van elkaar, het verminkte lichaam van hun vader gevonden. Doodsbang bellen ze allebei de politie. Ze weten het zeker: de ander heeft het gedaan. Maar een van de vrouwen liegt! Een van deze vrouwen is de echte moordenaar. Beide zussen worden in hechtenis genomen, in afwachting van een eventuele veroordeling voor moord. Je zou denken dat dit wel de laatste plek op aarde is waar de schuldige hoopte te eindigen. Maar dan heb je het mis. En dan is het aan advocaat Eddie Flynn om de waarheid te achterhalen…

*****
 
Steve Cavanagh zijn vijfde met Eddie Flynn, en weer eentje om van te smullen. Acht jaar schreef hij terwijl hij fulltime advocaat was en dat begon zijn tol te eisen. Maar nu is hij nog alleen maar schrijver, er zijn nóg Eddie Flynns onderweg zegt hij ook nog in zijn dankwoord en daar kunnen we alleen maar tevreden mee zijn, zéér tevreden.
Het is immers weer zo een boek om duimen en vingers van af te likken, een boek dat leest als een trein. Wie van de zussen heeft het gedaan? Twee mogelijkheden, en alle twee zijn ze de vermoorde onschuld zelve. Eddie moet hier met twee personen de degens kruisen, er is daar de advocaat van de andere zus en het openbaar ministerie uiteraard. Beide advocaten zijn overtuigd van de onschuld van hun cliënt, de openbaar aanklager is overtuigd van de schuld van beiden.
Doordat de schrijver hoofdstukken ingelast heeft met één van de zussen aan het woord, weet je zeker dat slechts eentje dader is en de andere slachtoffer. Heel het boek door word je heen en weer geslingerd, is Sofia de dader of Alexandra, je raakt er niet wijs uit. De twee zussen komen afwisselend in aanmerking, er zijn redenen aan te halen voor beiden.
En dan vinden er nog moorden plaats, die dan ook nog niet altijd geduid kunnen worden als horende bij deze moordenaar. De lezer kan echt wel zijn hart ophalen om mee te denken en het mysterie te ontrafelen.
Rond halverwege het boek begint dan de rechtszaak, altijd geweldige scènes zoals we gewoon zijn van Cavanagh, een waar genot om te lezen. Maar zelfs hoe de keuze van de twee zussen van hun advocaat tot stand kwam in het begin, was indrukwekkend en geweldig om te volgen. Dit zette onmiddellijk de toon van het boek en daarna is het alleen maar crescendo gegaan. Cavanagh heeft dit verhaal op een sublieme wijze gebracht.
Zoals van alle rechtbank thrillers van de hand van Cavanagh met Eddie Flynn, was ik ook nu heel erg onder de indruk van zijn schrijverstalenten. Met Fiftyfifty kan ik alleen maar mijn vorige recensies onderschrijven. Cavanagh staat garant voor een steengoed verhaal, geweldige dialogen, verrassende plotwendingen en spanning. Fiftyfifty is een plezier om te lezen en ik kan alleen maar superlatieven bedenken voor Cavanagh.

Uitgeverij: Luitingh-Sijthoff (2020) - 397 blz.
Oorspronkelijke titel: Fifty Fifty
Vertaling: Betty Klaasse en Martin Jansen in de Wal

donderdag 14 januari 2021

De filosofie van de heuvel - Ilja Leonard Pfeijffer & Gelya Bogatishcheva

Een dichter van ruim honderd kilo en een Russische fotografe besluiten op 1 juni 2008 kwart voor vier 's middags om vanuit Leiden naar Rome te fietsen. Ze zijn niet getraind, vooral hij niet, en niet voorbereid. Zij heeft een gele mountainbike, waarvan het vooral belangrijk is dat hij geel is, hij heeft voor 95 euro een zesdehands Batavus racefiets gekocht bij de Turkse fietsenmaker om de hoek. Eenenveertig dagen later en 2600 kilometer verder komen ze aan op de Campo de' Fiori in het hart van de Eeuwige Stad.
Dit boek is hun gezamenlijk verslag, in woord en beeld, van een reis via Zoeterwoude-Dorp, Tilburg, Marseille, Genua en de hoeren van Pisa, over heuvels, bergen en cols, langs wijnkelders en wegrestaurants, parkeerplaatsen en snelwegen, badplaatsen en everzwijnen - een reis die hun leven heeft veranderd.
Een boek voor fietsers, dromers en voor alle mensen die beseffen dat je meer leert van een moeizame beklimming dan van een makkelijke afdaling en dat de weg belangrijker is dan het doel.

****

Ilja Leonard Pfeijffer studeerde klassieke talen aan de Rijksuniversiteit van Leiden en werkte er tot 2004 als classicus, zijn specialisatie was de klassieke dichter Pindarus, sindsdien is hij schrijver. In 2014 ontving hij de Libris Literatuurprijs voor zijn roman La superba dat een ode is aan Genua zijn woonplaats. Zijn boek Grand Hotel Europa uit 2018 siert nu vaak de hitlijsten.
De filosofie van de heuvel is een verslag van de fietstocht naar Rome van de auteur en zijn toenmalige Russische vriendin, totaal onvoorbereid en met zeer weinig bagage vertrokken ze. Gelya is de fotografe die de reis vastlegt op beeld, het boek is er dan ook mee doorspekt.
Ook al is het een verslag van hun reis, Ilja mijmert regelmatig in het boek, hoe moet hij de heuvels en bergen zien om er toch maar over te raken, filosofische bespiegelingen over heuvels, tja. En bij uitbreiding heeft hij zijn bedenkingen bij het leven, het leven dat een reis is, de weg belangrijker dan het doel. Wanneer ze Rome naderen bleek dit zeer duidelijk.
Het boek leest heel erg vlot, voortdurend heb je de neiging om van alles op te zoeken en je een beeld te vormen van de reis, heel inspirerend. Ilja schrijft op een zeer relativerende manier zodat het vaak ook nog grappig is. Meeleven doe je langs de andere kant dan ook weer wel, met zijn schrijfstijl kan je niet anders.
De filosofie van de heuvel had ik aangeraden gekregen, en ja hoor, dit boek was een dikke meevaller. Prosta tak! (Gelya's filosofie, alles wat waardevol en belangrijk is, gebeurt 'gewoon zo')

Uitgeverij: De Arbeidspers (2009) - 208 blz. (incl. foto's)

maandag 11 januari 2021

De heren van de tijd - Eva García Sáenz de Urturi

Vitoria, 2019. De roman De heren van de tijd, die zich afspeelt in de middeleeuwen, is een groot succes. Hij verschijnt onder het mysterieuze pseudoniem Diego Veilaz.
Vitoria, 1192. De legendarische graaf Diago Vela komt thuis na een missie van twee jaar, die hem opgedragen was door de koning. Hij treft zijn broer aan, getrouwd met de vrouw die ooit zíjn bruid was.
In het heden krijgt Unai López de Ayala te maken met een reeks gruwelijke moorden, identiek aan die die beschreven zijn in De heren van de tijd. Zijn onderzoek leidt naar de toren van Nograro, een fort dat al eeuwen bewoond wordt door dezelfde familie. Gaandeweg vindt Unai in De heren van de tijd allerlei overeenkomsten met zijn eigen verleden. En deze ontdekking zal voor hem en zijn familie alles veranderen.

**

Eva García Sáenz de Urturi schreef met dit boek het derde deel in de trilogie van De witte stad, Vitoria hoofdstad van Baskenland in het Noorden van Spanje. Ze schreef nog boeken, maar enkel deze trilogie is vertaald in het Nederlands.
Een boek in een boek, en met dezelfde titel. En uiteraard spelen ze zich af in hetzelfde stadje Vitoria waar ook Unai woont en werkt. Het is geen nieuw concept. De verhaallijn uit 1192 voegt in mijn ogen echter geen grote meerwaarde toe aan het boek, dit verhaal leest als een romannetje, uit de middeleeuwen weliswaar en dus niet altijd even lieflijk. Het verhaal moet het in feite hebben van zijn gruwelijkheden met tussendoor dan enkele liefdevolle fragmentjes. De geloofwaardigheid is zoek en doordat het geen erg uitgebreid verhaal is, klinkt het als een tussendoortje. Het breekt het eigenlijke verhaal daardoor dan ook nog eens.
En dan zijn er in het nu enkele opmerkelijke moorden die onmiddellijk gelinkt worden aan het boek De heren van de tijd en dat geschreven is door een onbekende auteur. Unai en zijn team storten zich op het onderzoek en worden langzamerhand allemaal persoonlijk geraakt door het hele gebeuren. De auteur weet de lezer echter ook met dit verhaal niet in zijn of haar greep te houden. Het klinkt allemaal nogal vrijblijvend en ondanks alle gebeurtenissen blijft het niet boeiend. Ditmaal zijn er wel enige spannende momenten, maar uiteindelijk lopen ook deze verloren in het hele verhaal.
Er worden tussendoor ook nog enkele linkjes opgeworpen ivm de familielijnen van Unai López de Ayala met de middeleeuwse figuren. Het is allemaal toch wel wat ver gezocht en heel het verhaal wordt hoe langer hoe ongeloofwaardiger.
De auteur heeft in De heren van de tijd  téveel tegelijk willen proppen en dit is nefast gebleken voor dit boek en het einde van de trilogie, de spanning ebde weg en de geloofwaardigheid verdween. Ze heeft echter wel mooie personages gecreëerd en het was nu niet dat je met tegengoesting moest lezen.

Uitgeverij: A.W. Bruna (2020) - 476 blz.
Oorspronkelijke titel: Los señores del tiempo
Vertaling: Jacqueline Visscher