Leuven, donderdagavond. Zeven studenten zitten opgesloten in de gemeenschappelijke keuken van hun kot. Zes leven. De zevende, Vinz, is dood. Zijn beste vriend Serge heeft gezworen dat iedereen pas naar buiten mag als de moordenaar zichzelf bekend heeft gemaakt.
Vinz was altijd in voor een feestje of een uitdaging. Hij was ook heel impulsief en bijgelovig. En hij heeft een bijzonder (invloed)rijke grootvader die zijn enige kleinzoon altijd de hand boven het hoofd houdt.
Naarmate de nacht vordert en de sfeer grimmiger wordt, worden steeds meer roddels, beschuldigingen en geheimen op tafel gelegd. Iedereen heeft goede redenen om Vinz te vermoorden. Maar wie heeft de beste redenen? Of wie vond dat hij reden genoeg had? Want misschien was Vinz wel vooral goed in het zetten van kwaad bloed. En ook kwaad bloed kruipt waar het niet gaan kan.
**
Tine Bergen studeerde Germaanse talen en antropologie, werkt als journalist en is sinds 2006 ook auteur van boeken voor kinderen en adolescenten en fictie en non-fictie voor volwassenen, enkele van haar thrillers werden genomineerd voor thrillerprijzen. Kwaad bloed is haar vierde psychologische thriller voor volwassenen.
Zeven studenten dus samen in een afgesloten kamer waarvan er eentje dood is, Vinz. Daarnaast hebben we dan nog Serge, Jona, Emi, Lily-Rose, Clara en Agathe. Het boek start met een proloog waarin Vinz nog leeft en waarin het gaat over de vraag wie je zou bellen als je een lijk op de grond had liggen. Daarna volgen over het algemeen redelijk korte hoofdstukken waarin telkens één van de kotgenoten voornamelijk aan het woord komt en deze naam is dan vetgedrukt, originele benadering van een hoofdstukaanduiding ook al had dit zeker geen meerwaarde.
Vinz is dus dood en Serge denkt onmiddellijk aan moord en wil weten wie van hen de moordenaar is en daartoe doet hij de deur van de keuken waar ze zich allemaal bevinden op slot. Rare situatie, de meesten willen de politie of ziekenwagen bellen maar Serge houdt dit faliekant tegen door hun daar op te sluiten, er is immers geen bereik in dit deel van het gebouw. Moord zegt Serge dus, maar dat lijkt voor de andere studenten toch niet zo evident als Serge dat lijkt te vinden. Maar uiteindelijk lijkt het echter voornamelijk de lezer te zijn die hier grote vraagtekens bij zet wat het verhaal ineens absurd maakt. Het is immers maar de vraag of het moord is of een ongeluk of zelfs iets anders.
Doorheen het boek leer je de verschillende bewoners kennen en zijn er ook enkele terugblikken op eerdere situaties tussen de studenten. De nadruk ligt echter toch voornamelijk op de acute situatie op deze bewuste dag en dat zorgt voor veel herhaling in het boek. Serge blijkt het haantje te zijn en de rest moet maar luisteren als kippetjes en blijven dit doorheen heel het boek doen. Dit is ook al zo een bizarre situatie die je je absoluut niet kunt voorstellen.
Zowel de situatie als de herhalingen en de personages zorgden er al snel voor dat ik mij begon te ergeren en er leek maar geen verandering in te komen, er zat ook weinig voortgang in het verhaal. Meermaals heb ik getwijfeld of ik wel verder zou lezen. Uiteindelijk heb ik dit wel gedaan maar ik kan niet zeggen dat ik van mening ben veranderd. Er kwam op den duur wel een en ander aan het licht waardoor de situatie betekenis kreeg, of toch een klein beetje, maar dat was niet voldoende om me betrokken te voelen in het verhaal. Het verhaal klonk over het algemeen ongeloofwaardig. Bergen brengt enkele thema's naar voor met betrekking tot het studentenleven maar dat is het dan ook, er is niet gefocust op een thema en daardoor mist het verhaal een basis.
Kwaad bloed komt helemaal niet uit de verf als psychologische thriller. De herhalingen, irritante personages en een mindere plot zorgen daarvoor en er is dan ook nog eens zo goed als geen spanningsopbouw. Een tegenvaller na haar vorige boeken want Tine Bergen kan echt wel schrijven, haar woord- en taalgebruik is immers fenomenaal goed en absoluut te waarderen.
Uitgeverij: Vrijdag (2023) - 288 blz.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten