Een klein meisje vindt het lichaam van haar moeder, die met bruut geweld om het leven is gebracht. Het politieonderzoek brengt een geheim leven aan het licht maar niet de moordenaar.
Een gepensioneerde journalist reist door Engeland om ouders van vermiste meisjes te interviewen. En Frieda Klein wordt met tegenzin in deze twee zaken gezogen, terwijl ze herstellende is van de wrede aanslag die ze ternauwernood overleefde.
Het derde deel met psychoanalytica Frieda Klein in de hoofdrol.
****
Dit derde deel in deze Frieda Klein serie ligt volledig in de lijn van de twee vorige. Het heeft een goed geconstrueerde plot en ook al is er niet veel actie het is op zijn eigen manier toch spannend.
Het boek heeft twee grote verhaallijnen en deze staan volledig naast elkaar. Twee boeiende lijnen. Daarnaast maken de auteurs nog vele uitstapjes. Frieda Klein wordt psychologisch goed uitgediept en we leren haar weer wat beter kennen. Haar familieperikelen komen ook aan bod. Zo is er haar relatie met haar vriend Sandy die nu woont en werkt in New York. De manier waarop ze dit aan bod laten komen, komt wel raar over. Sandy stuurt met de regelmaat van de klok berichten en deze zijn te lezen in een aparte druk aan het einde van sommige hoofdstukken. Deze truc wordt meestal gebruikt om de spanning op te drijven en heeft ook meestal betrekking op de misdaad of misdadiger. Hier niet dus en dat is enigszins verwarrend. En dan zijn er de problemen met haar nichtje Chloë en diens moeder, Frieda's schoonzus.
Er zijn nog vele zijstappen zoals bijvoorbeeld de problemen die een collega psychoanalyticus, Hal Bradshaw veroorzaakt voor Frieda. Ook de Oekraïense klusser Josef die weeral haar huis onder de voet dreigt te lopen, is van de partij.
Alles bij elkaar is het veel. Daardoor zijn er ook een massa personages en dat vraagt toch enige aandacht van de lezer. En omdat er zovele onafhankelijke lijnen zijn, kan het verwarrend over komen en kan ik me voorstellen dat niet iedere lezer hiermee opgezet is. Het haalt ook de spanningsboog naar beneden. Maar zoals ik al eerder zei, op een bepaalde manier zijn de auteurs er toch in geslaagd om de lezer te betrekken bij het verhaal.
Een andere opmerking is dat dit hele boek wel heel erg samenhangt van de toevalligheden. Hoe Frieda bijvoorbeeld op het spoor komt van een vermist meisje lijkt wel erg vergezocht. Uiteindelijk stoort het niet, het verhaal is immers heel vlot gebracht en af en toe met een (glim)lach.
De auteurs hebben er voor gekozen om de verschillende boeken in deze serie heel erg te verbinden. Vanaf boek 1 zijn ze bezig om de personages op te bouwen en wordt er in de volgende boeken voortdurend gealludeerd naar situaties, personages, misdaden en misdadigers uit de vorige. De schurk uit boek twee speelt hier een kleine rol, maar zo klein dat je er zelfs wat ambetant van wordt. Maar het moge duidelijk zijn dat dit een lijn is naar de volgende boeken. De Frieda Klein serie is dus absoluut een serie die je best in volgorde leest.
Psychologisch zit dit boek heel knap in elkaar, zoals de meeste van hun boeken trouwens. Je zou kunnen stellen dat dit hun handelsmerk is. 'Iedereen heeft geheimen' is de basisstelling in dit boek. Ja, misschien wel, dit is toch iets om over na te denken.
Wachten op woensdag is een boek dat veel leesplezier geeft. Daardoor toch een vierde ster. Frieda Klein en haar entourage mogen er méér dan zijn. Donderdag ligt ook al in de rekken, we kijken er naar uit.
Eerder: Wat te doen als iemand sterft, Medeplichtig, Blauwe maandag, Dinsdag is voorbijUitgeverij: Ambo|Anthos (2013) - 491 blz.
Oorspronkelijke titel: Waiting for Wednesday - Vertaling: Irving Pardoen en Caecile de Hoog